nen, en vormen een nevenproduct van hooge waarde. Ook het oplossingsmiddel gaat niet verloren, maar het wordt telkens teruggewonnen in een gesloten kringloop telkens opnieuw gebruikt.

Het verbruik aan oplossingsmiddel is daardoor buitengewoon klein en het bedrijf wordt hierdoor zooveel gunstiger, dat b. v. een firma haar 5 raffineerinrichtingen, volgens dit systeem heeft omgebouwd.

Een dergelijke raffineerinrichting is in fig. 7 afgebeeld. Zij bestaat uit 3 kolommen A, B, C, waarvan de eerste als waschkolom dient. Hierin vindt de extractie en tegelijkertijd de splitsing van de extractoplossing en het niet extraheerbare deel der vloeistof plaats. Daar dit laatste steeds iets van het oplossingsmiddel heeft opgenomen, wordt het evenals de extractoplossing, doch elk afzonderlijk in een kolom B en C

door destillatie van het oplossingsmiddel bevrijd. M en N zijn de verwarmingstoestellen, welke bij de destilleerinrichting behooren. D is het gemeenschappelijk rectificeertoestel, E en F zijn koelers, C is de condensor. J het voorraadsvat voor het oplossingsmiddel, waaruit de kleine verliezen worden bijgepast, en O is het reservoir, voor de te verwerken vloeistof, waar men van uitgaat.

De beide componenten van deze laatste loopen onder uit de destillatietoestellen, B en C, gescheiden van elkaar, in een voortdurende stroom af.

F'ig. 8 geeft een afbeeling van een uitgevoerde inrichting van deze soort. Een doorsnede van een waschkolom volgens het systeem Dr. Kubierschky met daarin gebouwde koeler resp. verwarmingselementen, geeft fig. 9. Welke

Fig. 8. Olie-raffineer-lnrichting

waarde de reeds boven beschreven eigenaardige inbouw dezer kolom ook voor het betreffende waschproces bezit, toont de volgende redeneering aan.

Het oplossingsmiddel is in vele gevallen specifiek lichter dan de te verwerken ruwe vloeistof. Het wordt in het onderste gedeelte van de waschkolom ingevoerd, stijgt daarin in de richting van de daarbij geteekende pijl omhoog en vloeit daarna door de aan het hoogste punt van de kolom aangebrachte overloopleiding af. De zwaardere ruwe vloeistof wordt daarentegen in het bovenste gedeelte van het toestel toegevoerd en door den inbouw steeds weer in druppels verdeeld, welke regelmatig naar beneden vallen. Daarbij verstuiven deze enkele druppels door de lichte waschvloeistof heen en bevorderen daardoor de uit-

wassching, zonder dat hiervoor een roerwerk of eenige andere mechanische inrichting noodig is. De niet opgeloste deelen verzamelen zich ten slotte in het onderste gedeelte van de kolom en worden automatisch afgevoerd, terwijl het langzaam opstijgende oplossingsmiddel zich naar boven toe steeds meer met het zwaardere extract verrijkt. De vloeistofzuil in de kolom wordt daardoor ten slotte aan de bovenzijde zwaarder dan aan de onderkant. Zij heeft dus na korte bedrijfsduur neiging, om te zakken en daardoor het geheele tegenstroomprincipe van het toestel te verstoren. De Kubierschky inbouw verhindert echter door de bijzondere wijze, waarop de vloeistof doorgeleid wordt, het naar beneden zinken van de zwaardere extractoplossing uit het bovenste deel van de waschkolom en garandeert een rustige, onge-