gebracht. In de loods werd door te Utrecht een hangbaan met rijdende wissel gemonteerd, daarbij kreeg de hangwagen een inhoud van 800 K.G. De lading per kamer bedraagt maximaal 1600 K.G., zoodat twee bakken voldoende zijn om den vulwagen te laden.

Deze vulwagen neergelaten tot onder in den liftput vangt direct die hoeveelheid kolen op en gaat dan omhoog en rijdt uit dezen liftkoker op den hangbaan tot boven de vulopeningen van de kamers.

In het is een wissel zoodat ook de vulwagen voor de cokes voor den generator met deze zelfde lift kan worden neergelaten. Deze wordt gevuld met een kamerlading cokes, door den cokesbluschwagen

lusschen oven en bluschtoren te kippen en weder vol te scheppen.

Voor cokesgruis of bruinkolen is nog een derde vulwagen aanwezig, welke evenzoo geladen kan worden. *) Het mechanisch gedeelte is alzoo tot het allereenvoudigste beperkt, kan weinig storing geven en is aan niet veel slijtage onderhevig. Voor de beweging van de lift wordt stoom gebruikt, wat meer betrouwbaar en goedkooper is dan electriciteit.

De gloeiende cokesmassa wordt opgevangen in een groote cokeswagen, welke op smalspoor rijdt en direct in den bluschtoren gereden wordt, alwaar de blussching door een groote douche plaats heeft. Het afvloeiende water wordt nog door filters geleid om cokesstof tegen te houden.

Wanneer de cokes voldoende gebluscht is wordt de wagen met handkracht naar buiten gebracht en op de cokesbrug omgestort, (afb. 2).

Afb. 2. Cokeswagen op de cokesbrug.

De oven bevat vijf kamers van onderen groot 1,60 bij 0,35 M. en boven 1,40 bij 0,28 M. van rechthoekige doorsnede met afgeronde hoeken. De hoogte beloopt 5 M., terwijl de nuttige inhoud 2 bedraagt, overeenkomende met ongeveer 1600 K.G. kolen. Boven bevindt zich het vulmondstuk met gasuitlaat, terwijl van onderen draaibare deuren zijn aangebracht, welke met 4 excenters worden vastgezet. Na het losmaken van deze excenters kunnen met één

handel de 4 klinken worden verwijderd, waarna de deur geheel openvalt. Het sluiten geschiedt met een handlier. (afb. 3).

Tegenover de kamers ligt de generator met vulschacht. Toegepast is een dubbel traprooster.

De regeneratie aan beide zijden van den generator, terwijl in het onderste rookkanaal aan elke zijde een verdampingskast is ingebouwd. De schuiven voor onder- en bovenlucht bevinden zich ook aan deze zijde. (afb. 4).

*) Dit stof dient ter bescherming van de onderdeuren der kamers.