In een half-bolrond porceleinen schaaltje, 0 26 m.m. weegt men 1/2 gram gedroogde gasmassa af (vooral niet meer, anders wordt de laag te dik!), voegt 2 droppels spiritus toe, en hangt het in een koperdraad, die aan het eind tot een oog gebogen is. Deze koperdraad steekt aan het andere eind door een gummi-stop. De kurk heeft nog een koperdraad, die vlak boven het bakje uitkomt. De stop wordt geplaatst op een Jena-kolf van 5 Liter met op den bodem 50 cc. normaal natroloog, die gevuld is met zuurstof. De koperdraden zijn

onder door een smeltdraadje verbonden, dat in de gasmassa hangt. Wordt dit draadje door een electrischen stroom aan’t gloeien gebracht, dan ontbrandt de gasmassa. Na eenige uren staan is het ontstane zwaveldioxyde geheel opgenomen door de natronloog. Men voegt toe 1 cc. perhydrol„Merck”,2ooxx.gedestilleerd water, kookt uit, koelt af en titreert met methyloranje en normaal zoutzuur. 1 cc. normaal loog is 3,2 0/q zwavel.

Velsen, 22 Augustus 1922.

Overzicht van den inhoud van vakbladen,

door Prof. G. A. Brender a Brandis, t. en A. C. Koppejan, w. i.

Soortetijke warmte van eenige gassen, door F. C. WiRTZ, w.i.

Uitg. Afd. Nijverheid van het Dep. van L., H. en N.

Het Rijks-Instituut voorßrandstoflfen-oeconomie heeft een klein boekje uitgegeven met grafieken der soortelijke warmte van eenige gassen bij verschillende temp. ten einde eenheid te brengen in de soms uiteenloopende opgaven hieromtrent. Zeer practisch voor ieder, die met warmtetechnische vraagstukken te maken heeft. Verkrijgbaar a ƒ0,50 per stuk bij de Afd. Handel Bezuidenhout 30 Den Haag. (B. a B.)

Studie omtrent de theorie der genera. toren, door Dr. A. Korevaar. Chimie et Industrie. Vol. 8. n». 1. (juillet 1922).

Een in de eerste plaats wetenschappelijke studie van het generatorproces. Invloed van de activiteit der brandstof, hare poreusiteit en stukgrootte; invloed v. d. temp. en snelheid V. d. blaaswind en de hoev. aanwezige waterdamp. Toepassing v. d. theorie op het hoogovenbedrijf. (B. a B.)

Het meten van groote gashoeveetheden, door L. Litinsky. Uitgave O. Spamer, Leipzig. 1922. Geen tijdschriftart., doch een boek van 274 p. met 138 afb. waarin schr. een overzicht geeft der verschillende methoden om gas hoev. te meten en der registreerende meetinstrumenten, ook voor stoom. Voor den gastechnicus van belang. (B. a B.)

I The Gas World, 23 September 1922 Over het wasschen van naphtaline en benzotuit het gas, schrijft J. Parker. Het uitwasschen van benzol zal slechts in bijzondere gevallen voordeelig zijn. De gebruikte olie voor het uitwasschen van naphtaline kan met succes toegepast worden voor de carburatie van blauw watergas.

I De naphtaline komt in het watergasteer j terecht. (K.)

The Gas World, 23 September 1922.

Economische stoomproductie. Ter verkrijging van een groote hoeveelheid stookolie voor marinedoeleinden, heeft Dr. Lander nogmaals de aandacht gevestigd op het destilleeren van kolen bij lage temperatuur, waarbij behalve gas en stookolie (Tieftemperaturteer) ook cokes wordt verkregen met nog 8 a 10 vluchtige stoffen. Deze cokes is een goede brandstof voor huishoudelijke doeleinden.

Indien alle huisbrandkolen in Engeland eerst werden gedestilleerd, zou genoeg stookolie voor de vloot in vredestijd, worden verkregen.

Fraser Shaw wijst er op, dat alléén het koolzuurgehalte van de rookgassen geen complete aanwijzing is voor al of niet zuinig stoken. Ook het koolmonoxyde gehalte is van groot belang, benevens het gehalte aan zuurstof. (K.)

The Gas World, 23 September 1922. Bullmore beschrijft een toestel waarmede het vocdingwater voor stoomketels zacht kan worden gemaakt en tegelijk voorgewarmd door afgewerkten stoom. (K.j