Literatuur-Overzicht,

door G. A. Brender a Brandis, t. en A. C. Koppejan, w. i.

Een zelfwerkende gasafsluiting, door K. F. Tromp.

Chem. Weekblad, Jrg. 21 (1924), no. 27, p. 331 -332.

Schr. heeft een veiligheid uitgedacht en geconstrueerd, die automatisch het gas afsluit bij onvoldoende watertoevoer. Deze kan b.v. bij JuNKERS-calorimeters zeer goede diensten bewijzen, daar stagnatie in den wateraanvoer door bevriezen van leidingen, afspringen van slangen of hoe ook, het toestel min of meer beschadigd kan worden.

B. a B.

Verliesposten bij verschillende energieomzettingen, door F. C. Wirtz.

Chem. Weekblad. Jrg. 21 (1924), no. 28, p. 334—339.

Deze studie, door meerdere z.g. Sankeydiagrammen toegelicht, is op zichzelf reeds belangrijk, doch wordt dit voor den gastechnicus in nog meerdere mate, daar zich onder de voorbeelden van energie-omzettingen bevinden: de koolgasfabricatie; de watergasbereiding, zoowel volgens de oude werkwijze als de gewijzigde volgens Rutten met een theoretisch nuttig effect van ruim 84 O/q tegen 65 O/o bij de oude methode; voorts de electrische centrale en ten slotte verschillende verwarmingsinrichtingen, n.l. centrale verwarmingsketel, kachel voor vaste brandstof, gaskachel en electrische kachel, welke vier figureeren met een nuttig effect van respectievelijk 49 O/q, 42 O/q, 59,8 O/q en 13 O/q betrokken op de oorspronkelijke brandstof.

B. a B.

Gas- en electrische verwarming voor schoollokalen, door B. Wigersma.

Sterkstroom. Jrg. 2 (1924) no. 15, p. 223—225 en no. 16, p. 237—239.

Een verhandeling, waarin dezelfde belangrijke proefnemingen worden medegedeeld als in het reeds vroeger gerefereerde art. in het Pol. Weekblad. De administratie van Sterkstroom (Amalia van Solmsstr. 2—4, den Haag) brengt ten behoeve van bedrijven afdrukken in den handel voor ƒ35, per 100 stuks.

In no. 17 van Sterkstroom komt een uitvoerig art. van A, F. E, Hanson voor met vele

afb. eveneens over schoolverwarming, ditmaal te Amsterdam. Deze schr. vindt de conclusie van Wigersma’s degelijke, gedurende drie winters genomen proeven niet voldoende bewezen en is meer pro-electrisch gestemd met name, wil hij de electrische voetverwarming nog meer versterken. Ook deze verhandeling is separaat in den handel.

In no. 19, p. 292 van Sterkstroom is Dr. Lulofs aan het woord, die de electrische verwarming door Wigersma onvoldoende gewaardeerd acht op grond van het feit, dat W. met vaste brandstof een nuttig effect van 55 **/o heeft bereikt, een resultaat, dat L. bij ondeskundige bediening te boog acht. Deze bestrijding acht ref. wel wat zwak, daar dit nuttig effect toch over een lange periode is verkregen en W. toch wel niet steeds persoonlijk zal hebben gestookt. Immers Lulofs zegt, dat slechts een bekend stookspecialist als Wigersma zulks uit een cokeskachel zou kunnen halen.

In Sterkstroom no. 21 neemt Wigersma nog eens de pen op om tegen Hanson aan te voeren, dat deze slechts door vergelijkende berekening tracht aan te toonen, dat 1 K.G. cokes gelijkwaardig zou zijn met 1 KWh., terwijl hij zelf door wsTgs\\\ke.nde proefneming heeft aangetoond, dat deze verhouding zou zijn 1 K.G. cokes gelijkwaardig met 21//, KWh. Aan dr. Lulofs antwoordt hij, zich met het stoken der vulkachels niet te hebben bemoeid, doch dit zonder aanwijzing geheel aan den conciërge heeft overgelaten, daar het er om te doen was practische vergelijkingscijfers te krijgen. In hetzelfde nummer van Sterkstroom noemt F. C. Wirtz de verhoudingscijfers door Wigersma gevonden betrouwbaar en practisch bruikbaar mits onder vermelding van een N-E van 55 O/q voor cokes. Gegevens van het Rijks-Instituut voor Brandstoffen-ceconomie wijzen trouwens op ongeveer een zelfde verhouding. Wirtz zegt de waarde van Wigersma’s proeven zeer hoog aan te slaan.

De vele hier geciteerde pag. uit Sterkstroom toonen in ieder geval wel aan, dat Wigersma’s uitvoerige arbeid en zijn gunstige conclusie t.o. van cokes- en gasverwarming den volbloedelectrotechnicus slechts matig kan behagen.

B. a B.