EERSTE DAG.

De vergadering wordt te 9 uur geopend in de groote zaal van het vaste Jaarbeursgebouw.

Voorzitter: de heer ir. J. E. H. Bakhui s.

Volgens de presentielijst zijn tegenwoordig: 6 eereleden, 125 gewone leden en 57 buitengewone leden.

De Voorzitter houdt de volgende toespraak:

Mijne Heeren! Eereleden, gewone- en buitengewone leden der Vereeniging van Gasfabrikanten in Nederland, genoodigden, leden van het gemeentebestuur van Utrecht, vertegenwoordigers van zustervereenigingen en alle die ons het genoegen doen deze vergadering met hunne tegenwoordigheid te vereeren, ik roep U een hartelijk welkom toe, hier in het Jaarbeursgebouw waar de Hollandsche Industrie haar tehuis heeft en waar de heele atmospheer aanspoort tot toewijding aan de industrie. Bizonder aangenaam is het ons hier den Burgemeester en den Wethouder der gemeentebedrijven te zien, en waardeeren wij dit blijk van belangstelling in hooge mate!

In de eerste plaats past mij een woord van dank voor het vertrouwen in mij gesteld, toen gij op de jubileumsvergadering te Amsterdam mij tot voorzitter koos. Mijn mandaat werd dus geboren te midden der feestelijkheden van het 50-jarig bestaan der Vereeniging, maar dit mag mij niet doen vergeten dat het ernstige plichten oplegt en dat het voorbeeld van mijne voorgangers en niet het minst dat, gegeven door den afgetreden voorzitter Knottnerus, hooge eischen aan dit ambt stelt. Aan toewijding mijnerzijds zal het niet ontbreken, maar ik gevoel zeer de behoefte aan Uwen steun en medewerking, waarop ik bij het vervullen mijner taak een beroep doe.

Wij leven nog steeds in een moeilijken tijd, alom heerscht in de industrie nog depressie en groote onzekerheid wat de dag van morgen zal brengen, daar de berekeningen gegrond op tot dusverre gangbare economische wetten, toch veelal falen. Gelukkig houdt onze gasindustrie krachtig stand ondanks den invloed die de algemeene malaise op het debiet van ons product heeft. Wie oog en oor open had op de in het vorige jaar gehouden internationale tentoonstelling op gasgebied, zal overtuigd zijn geworden dat een goede toekomst voor het gas is weggelegd.

Het hoofddoel der Itoga was wel den verbruiker te laten zien wat op velerlei gebied met gas was te bereiken, maar zeer interessante inzendingen deden ook zien hoeveel belangrijk werk in de laatste jaren is verricht tot verbetering van onze productiemiddelen. Zij die uitbreiding aan hunne fabrieken moeten geven of verbeteringen van het bedrijf moeten toepassen, worden thans voor eene uiterst moeilijke keuze gesteld. Daar het nog altijd waar is, dat de winsten van ons bedrijf in de stokerij worden gemaakt, meen ik, dat een overzicht over de ontwikkeling van het stokerijbedrijf in de laatste jaren uwe aandacht waard is. Drie factoren hebben op deze ontwikkeling grooten invloed uitgeoefend, n.l. le. de schaarschte aan goede gaskolen die ons dwingt zooveel mogelijk warmte-eenheden uit de kolen in gasvorm te ontwikkelen, 2e. de vaststelling van het feit dat gassoorten die relatief weinig zuurstof voor de verbranding behoeven, gunstiger nuttig effect geven, waardoor met eene lagere calorische waarde van het gas kan worden volstaan, en ten 3e. de hooge arbeidsloonen die zooveel mogelijk handenarbeid uit de stokerij verbannen.

De wetenschappelijke onderzoekingen van het Gasinstituut te Karlsruhe, onder leiding van Prof. Dr. Karl Bunte en de proeven genomen door Evans hoofdscheikundige van de South Metropolitan Gasworks, die deze in een drietal lezingen heeft toegelicht, hebben de inzichten in de samengestelde verschijnselen, die zich bij destillatie van kolen voordoen, verruimd en scherper gesteld.

Bij verhitting van bitumineuze kolen buiten toetreding van lucht, begint bij ongeveer 300° de gasontwikkeling, terwijl de kolen, veelal met vergrooting van volume in een plasti-