Bovendien zijn de menschen zelf er niet zeer gelukkig mede. Daar waar men heeft een gemeenschappelijke inning van de gelden voor electriciteit en gas blijkt zeer duidelijk, dat de afsnijdingen en moeilijkheden inzake het betalen het meest voorkomen bij dergelijke gebruikers, die niet afgesneden moeten worden omdat zij hun gas niet kunnen betalen maar omdat zij hunne electriciteit niet kunnen betalen.

Wanneer men de hoeveelheid electriciteit, welke in dergelijke woningen voor verlichting wordt gebruikt, gaat omzetten in kubieke meters gas en men voegt dit bij de hoeveelheid gas, welke de menschen nu gebruiken, terwijl zij electrisch licht daarnaast hebben, dan blijkt hoeveel eigenlijk in die woningen zou kunnen bespaard worden zoowel voor de gemeenschap als voor de menschen zelf.

Maar het verstand is vaak op den loop en het helpt in den regel niet veel als men tracht om het den menschen bij te brengen. Op den langen duur zal echter wel blijken, dat wat nu geschiedt zeer onpractisch is, en de rnenschen zullen zelf gaan vragen om op dit stuk vereenvoudiging in hunne woningen aan te brengen, zoodat zij zich zullen kunnen beperken uitsluitend tot het gas, ook voor de verlichting.

Het is jammer van de kapitalen, welke op deze wijze nutteloos in der gelijke woningen worden vastgelegd.

Wanneer verder niemand hierover het woord verlangt, dan stel ik nu aan de orde:

Vraagpunt 15. Welke zijn de ervaringen tot nu toe opgedaan met de z.g. H-meters van „KromosV'

De Voorzitter. De heer G. Pieterson, die dit vraagpunt zou inleiden, is plotseling weggeroepen. Hij heeft schriftelijk verzocht dit punt van de agenda af te voeren.

Ik heb ernstig bezwaar tegen niet-behandeling van dit vraagpunt. Het staat op ons programma en bovendien is er zekere tegenstrijdigheid in dezen brief. De heer Pieter-SON stelt er hoogen prijs op, dat het vraagpunt wel behandeld wordt en dat hij het persoonlijk inleidt, en om dat te kunnen doen vraagt hij dat het van de agenda afgevoerd wordt. Ik zie geen mogelijkheid om het vraagpunt tóegelicht te krijgen, als het van de agenda wordt afgevoerd.

Maar bovendien zijn wij zoo gelukkig, dat wij van den heer Ochsendorf uit den Haag een antwoord op dit vraagpunt hebben gekregen.

De heer Ochsendorf schrijft ons het volgende:

In 's-Gravenhage zijn enkele H II nieters op proef in gebruik. Na D/a jaar dienst zijn 4 van deze meters onderzocht en is een dezer meters wegens afwijking in de aanwijzing afgekeurd.

Bij 3 dezer meters was de wijzerplaat door het loslaten van de aluminium verf beschadigd. Onregelmatigheid in de opneming kan hiervan het gevolg zijn. Geëmailleerde wijzerplaten verdienen de voorkeur. Over het algemeen is het drukverlies bij deze meters groot. M.i. zal door het groot aantal omwentelingen en het veel heen en weer gaan van eiken balg, de slijtage groot zijn en de levensduur van deze meters kort zijn.

Deze meters zijn hier evenwel nog te kort in gebruik om daarover een bepaald oordeel te vellen.

Ik meen, dat deze nieuwigheid op metergebied nog te jong is om daarover reeds een definitief oordeel te kunnen uitspreken.

Uit de mededeeling van den heer Ochsen-DORF blijkt, dat men voorshands voorzichtig zal moeten zijn om een groot aantal van dergelijke meters aan te schaffen, en dat men voorzichtiger doet met eerst met een kleine hoeveelheid proeven te nemen, ten einde te zien welke de ervaring daarmede zal zijn.

Zijn er andere heeren, die met deze meters ook ervaring hebben opgedaan en daaromtrent mededeelingen kunnen doen?

De heer ir. W. Niermeyer [Arnhem).

Mijn ervaring met den H-meter is een andere dan die van den heer Ochsendorf.

Met het oog op het feit, dat dit vraagpunt op de agenda van deze vergadering was geplaatst hebben wij een viertal H.-meters laten contróleeren. Van die 4 meters wezen bij klein gebruik, dus bij 100 L., 2 stuks geheel juist aan en evenzoo bij groot gebruik, 1500 L. Ze wezen nog absoluut goed aan na een diensttijd van 18 maanden. De 2 andere meters wezen bij klein en groot verbruik een miswijzing van 4,25% aan.

Wij hebben dus dezelfde ervaring als de heer Ochsendorf wat betreft miswijzing.

Ik ga echter niet accoord met de mededeeling van den heer Ochsendorf, dat deze meters zoo groot drukverlies zouden geven. Die ervaring kan ik niet onderschrijven. De H-meter geeft een lagen indruk aan en wij hebben dien met goed gevolg toegepast in gevallen dat zoowel een natte meter als een droge meter niet voldeden.