betreffende beroep volgens de beroepsindeeling der arbeidsbemiddeling, in afwijking van de officieele indeeling van het Centraal Bmeau voor de Statistiek, tot die klasse moet worden gerekend. De Rijksdienst der W.V. en A.B. huldigt hierbij de opvatting, dat ieder beroep moet worden ondergebracht in de beroepsklasse, waartoe het volgens zijn aard behoort.

Is dit ook van toepassing voor de beroepsindeeling van het Rijksarbeidsbureau?

Antw^oord;

Daar voorloopig de oude beroepsnomenclatuur blijft gehandhaafd, blijft ook de opvatting van de voormalige Rijksdienst der W.V. en A.B. gelden.

Bij vraag 2, evenals bij vraag 3 en 4 moet worden opgemerkt, dat het niet juist is te spreken van ~beroepsklasse”. Dit moet zijn bedrijfsklasse. Vergelijk blz. 229 van het in vraag i genoemde handboek.

Vraag 3:

In welke beroepsklasse moet de aanvrage geboekt worden van een steenkolenmijn voor bankwerkers, II of 10?

Vraag 4;

Indien een bankwerker eenige jaren bij een steenkolenmijn als bankwerker heeft gewerkt en hij wordt werkloos, in welke beroepsklasse moet hij dan worden ingeschreven, 10 of ii?

Antwoord op 3 en 4;

In beide gevallen komt bedrijfsklasse 11 in aanmerking. Dit ligt in de lijn van de opvatting, welke in vraag 2 naar voren wordt gebracht, terwijl daarenboven in de indeeling van het C. B. S. in bedrijfsklasse 10 geen bankwerker voorkomt.

[ VAN GEWEST TOT GEWEST

/'TT Stel U voor: Devoter J voor de schipbrug te wachten (hoe lang nog?) en krijg opeens een por in m’n rug en hoor een stem die zegt: ,,Zeg, hoe gaat het jou? Ik heb je in een eeuw niet gezien.” En het blijkt een heel goede kennis (dameskennis) van me te zijn, die ik in tijden niet gezien heb.

~Kind, het gaat me reusachtig”, is mijn antwoord. ~En met jou dan?”

~Ook best. En wat voer jij uit tegenwoordig?”

~Ja, wat voer ik uit hè? Stamkaarten tikken!”

~Wat zegje? Stamkaarten tikken? Wat is dat nu?”

~Dat zal ik je eens vertellen. Luister maar eens. Ik werk momenteel op ’t Gewestelijk Arbeidsbureau aan den Singel, je weet wel waar vroeger het Ziekenhuis was. Daar is een afdeeling, die ze heel deftig Sociaal Economische Documentatie noemen en op die afdeeling tik ik stamkaarten.”

~Ja maar zeg me eerst nu eens, wat je met ~stamkaarten” bedoelt. Distributiestamkaarten?”

„Welnee joh! Je kunt ze vergelijken met een persoonsbewijs. Ten eerste staan er naam, voornaam, geboortedatum, nummers van stamkaart en persoonsbewijs, gehuwd of ongehuwd enz. enz. op. Dan wat die man of vrouw is van beroep. Zijn of haar diploma’s en vakkennis. Kortom, als je zoo’n kaart in je handen hebt, weet je alles van zoo’n man of vrouw.”

~En wat doe je dan met die stamkaarten?”

~Wel, die gaan naar bepaalde afdeelingen. Een schilder hoort bijvoorbeeld op ~Bouwbedrij

ven” thuis en een verpleegster zooals jij wordt op afd. Vrouwen gebracht. Dat zijn de „ingeschrevenen”. Ais een man of vrouw nu werk gevonden heeft, of om andere redenen niet meer voor werk in aanmerking wenscht te komen, wordt hij of zij ,,afgevoerd”. Dan komen al die stamkaarten op alfabet in groote laden, zoo, dat, indien iemand later toch nog weer ingeschreven wordt, we zijn of haar kaart gemakkelijk terug kunnen vinden.”

~Is dat geen eentonig werkje?”

~In ’t begin vond ik ’t niet erg prettig, vooral omdat ik toen niets anders moest doen dan kaarten tikken en me nogal eens vergiste. Moest je ’n kaart hebben van een man met 10 of 12 kinderen! Dat was een hopeloos werk. Ik was altijd blij als ik een ~ongehuwde” had. Vaak droomde ik ’s nachts over stamkaarten. Heele stapels die op me af kwamen. Dat kwam omdat ik er eerst geen vaardigheid in had. Doch nu, als ik dat wil, kan ik er een kleine honderd daags klaar maken. En zoo naar als eerst vind ik het niet meer. Ik heb werkelijk eer van m’n werk, als je ziet, hoe netjes of ’t staat, al die getikte stamkaarten in die laden. Het gebeurt wel eens, dat we een stamkaart van een ander gewest op onze afdeeling krijgen, maar dan moet je eens zien hoe die afsteken bij onze kaarten!”

~Vind je ’t niet vervelend, zoo’n heelen dag achter je machine te zitten?”

~Nu, om je de waarheid te zeggen, ik verlang altijd naar half I of half 6, omdat ik dan terdege m’n maag voel.

~Zoo, die sleep is er door. Open die boom ”

~Ga je rechts of linksaf?”