hooger is dan in de meeste buitenlandsche gebieden. Het behoort, tot de hoogste van Nederland. Het hooge loonpeil echter is oorzaak, dat arbeidsintensieve industrieën de vlucht nemen naar andere streken, waar de loonen lager zijn. Tegenover deze afstooting van arbeidsintensieve industrieën staat de aantrekking van kapitaalintensieve. Rotterdam heeft een relatief groot aantal groot-kapitalisten. De bevolking van Rotterdam is echter economisch zwak. Het vermogen van de Rotterdamsche bevolking is zeer laag. De samenstelling van de bevolking, die voor een groot deel uit ongeschoolde arbeidskrachten bestaat, is hierbij van invloed.

Door het gebruik van ijzer en staal bij den scheepsbouw ontstond de belangrijke metaal- en scheepsbouwnijverheid, die de basis-industrie van Rotterdam vormt en even oud is als de handel en scheepvaart. De vestigingsplaats van de metaalindustrie is voornamelijk langs de Nieuwe Maas en aansluitende waterwegen.

Ook de machinefabrieken danken haar stimulans aan den transitohandel en het waterverkeer.

Na de metaalindustrie is voor Rotterdam van groot belang de voedingsmiddelenindustrie. De veeteelt in de omgeving, vooral in het Westland, heeft in vroeger jaren aanleiding gegeven tot de vestiging van de melkverwerkendé industrieën. De verkeersligging van Rotterdam en de ontwikkeling van het verkeer maakten export en afvoer van de overproductie mogelijk. Door de groote bevolkingstoename is echter een belangrijke wijziging in de. afzetverhoudingen gebracht: de zuivelindustrie werd aanzienlijk verzwakt. De melk als grondstof voor de fabrieken van gecondenseerde melk wordt thans aangevoerd uit andere gebieden, zooak de Betuwe.

Aansluitend bij de zuivelin-

dustrie verdient de olie- en margarinefabrica;ge vermelding. Het ~Unilever-concern” heeft hier zijn hoofdkantoor. De voornaamste, in Rotterdam ertoe behoorende fabriek, zijn die der N.V. van den Bergh’s en Jurgen’s Fabrieken.

Zeer belangrijk is verder de houtindustrie. Deze bestaat voornamelijk uit houtzagerijen, uit kistenindustrie- en uit meubelindustrie.

Tenslotte valt te vermelden, dat, na handel, verkeer en industrie, de agrarische bedrijven de aandacht verdienen. Het voornaamste gebied bevindt zich aan den rechter-Maasoever: de Prins Alexander Polder. De grond bestaat hier uit veen; men vindt er dan ook voornamelijk veeboeren. In den polder Kralingen is eveneens de veeteelt overheerschend. Aan den linker-Maasoever wordt veel tuinbouw beoefend, terwijl hier en daar

ook bouw- en grasland wordt aangetroffen. In IJsselmonde vraagt de landbouw weer meer de aandacht. *

Om (deze overzichtelijke samenvatting niet te breedvoerig te maken moeten wij het bij deze losse en uiteraard onvolledige samenvatting van het voornaamste hoofdstuk van het geschrift der heeren Versnel en Kleinbloesem laten. De bijeengebrachte gegevens zijn in hoofdzaak van historischen aard, al zijn de feiten ook actueel bijgewerkt. Van de machtige werkstad Rotterdam, met haar prachtige havens, haar handel, haar verkeerswezen, haar industrie en haar land- en tuinbouw valt natuurlijk nog heel wat meer en heel wat anders te vertellen dan in het geschrift, waarmede wij ons thans bezig houden, kon geschieden. Ook boeiende problemen van toekomst en heden,

BELANGRIJK BERICHT!

Wij vestigen de aandacht van onze lezers op het feit, dat eerlang een nieuwe cursus begint, uitgaande van de Stichting voor Opleiding van Maatschappelijke Werkers. Deze cursus leidt op voor het examen MaatschaiJpelijk Werker, dat wordt aïgenoinen door het Institiuil voor wetenschappen der Vereeniging van Ned. Gemeenten te s-Gravenhagc.

De leerstof omvat de volgende theoretische vakken; Maatschappelijke Verhoudingen, .\lgeineene Wetskennis en Arbeidsrecht, terwijl de practijkvakken gesplitst zijn in:

a. Sociale Politiek (Arheidsbenüddellng, Werkloosheidsverzekering, Steunvcrleenlng enz.) en

b. Maatschappelijk Werk (Maatschat)pelijk Steunwezen, Kinderbescherming, enz.)

Het onderricht In de theoretische vakken duurt ongeveer een jaar; daarna moeten de cursisten beslissen, welk van de belde vakken Sociale Politiek en Maatschappelijk Werk zij tot hoofdvak willen kiezen on welk tot bijvak. Men ontvangt dan uitgehreid onderwijs in het gekozen hoofdvak, terwijl de stof van het bijvak minder uitgebreid wordt behandeld. De totale duur van den cursus Is ongeveer 2 % jaar.

Begüi 1944 wordt een aanvang gemaakt met een nieuwen cursus. De mondelinge lessen worden gedurende één avond per week ol op Zaterdagmiddag gegeven in alle plaatsen, waar voldoende belangstelling bestaal voor een cursusklas. Het cursusgeld bedraagt met inbegrip van leermiddelen en van bet eens per maand verschijnende eigen blad der Stichting, „Maatschappelijk ’Werk” in totaal t' 150.—. Het Departement van Sociale Zaken draagt £ 60. bij in het cursusgeld voor de ambtenaren, die werkzaam zijn bij dat Departement of de daaronder ressorteerende diensten. Voor hen bedraagt het cursusgeld dus slechts f 90.—, welk bedrag gedurende den cursus in inaandelijksche termijnen in rekening wordt gebracht.

De Stichting verzorgt ook een cursus Ncderlandsch, kosten f 20. met inbegrip van leerboek. De duur hiervan is ongeveer 1 % jaar. Op dezen cursus sluit een cursus ~Stijl” aan.

Ten kantore van de Stichting, Zijlstraat 47, Haarlem zijn alle gewenschte Inlichtingen te verkrijgen. Men kan zich bij genoemd adres lot 8 Januari 1944 laten Inschrijven. Een prospectus met aanmeldingsformulier wordt op aanvrage gaarne toegezonden.