sdiouwingeii, waaruit o.a. blykt dat in6ii van werkg6verszyde voorshands voor ©en stap in genoemde richting weinig voelt. Genoemd orgaan vindt daarin aanleiding de vraag te stellen of de eisch tot het bijdragen van werkgevers in de kosten der W. V. al dan niet rechtvaardig is. De schrijver meent dat het antwoord op deze vraag toestemmend moet luiden en wel op grond van het belang dat het bedrijf bij een goed geregelde werkloosheidszorg heeft, alsmede op grond van het veianderde karakter dat de werkloosheidskansen in den loop der jaren hebben verkregen, welke n.l. van strijdmiddel (tegen gaan van het dalen der loonen) zuiver orgaan van sociale voorzorg zijn geworden. Als bijkomende redenen wijst hij vervolgens nog op het feit dat thans in de illustratiebedrij ven gebrek aan werkkrachten heerscht en dat wil men van de werklieden de medewerking tot de vorming van nieuwe arbeidskrachten deze de zekerheid moeten hebben dat ingeval van verminderde werkgelegenheid niet zij alleen de worden. Bij voorbaat wenscht men dus de werkgevers hun aandeel in de kosten der vroeg of laat toch weer opduikende werkloosheid mede te doen dragen. |

Een andere kwestie wordt in het artikel nog aangehaald, n.l. of het Werkloosheidsbesluit zich verzet tegen het deelnemen van de werkgevers in de werkloosheidsverzekering. De schr. meent van niet, welke opinie naar hy mededeelt door den Directeur van den Dienst der W. V. en A. B. wordt gedeeld. Terecht naar ons gevoelen. Het W. B. zegt weliswaar in art. 1 dat onder werkloozenkas verstaan wordt: „de kas eener vereeniging van werklieden of bedienden, welke wordt gevormd 'door bydragen harer leden enz.”, doch de toelaatbaarheid van andere inkomsten, i. c. bijdragen van werkgevers is o.i. niet uitgesloten. Ben andere vraag is of van Rijks- en Gemeentewege op de bijdragen van werkgevers ook subsidie zou kunnen worden verstrekt. Deze moet o.i. ontkennend beantwoord worden, daar het slechts subsidie verleent op de bijdragen van de leden der kas en leden slechts zij kunnen zijn die werkloosheids-uitkeering ontvangen; waardoor dus werkgevers van het lidmaatschap zijn uitgesloten.

Landarbeiders. De gemeenteraad van Idaarderadeel besloot aan de werklooze leden boven de 60 jaar, leden van den landarbeidersbond, eene uitkeering te verstrekken van ƒ1.60 per dag. Die van Emmen stelt aan de besturen der afdeelingen van den landarbeidersbond 80 ct. per week en per lid beschikbaar voor uitkeeringen aan werklooze leden boven de 60 jaar. De raad van de Bildt (Er.) geeft aan de werklooze landa,rbeiders een toeslag van 30 ct. per dag boven de ƒ 1.60 uit de werkloozenkas.

Transportbedrijf. De invoering der werkloosheidsverzeke-