gemiddeld aantal van 35 lesuren per week, bleken tijdens de werkloosheid in een groote behoefte te voorzien. Toen eenmaal de industrie begon te herleven, konden zij langzamerhand worden opgeheven.

Als gevolg van de wisseling in den aard der werfczaamSeien, welke aan de werklooze textielarbeiders werden opgedragen en die zy verplicbt waren te aanvaarden op straffe van het verlies van het recht op ondersteuning, had een groote overgang naar andere bedryven onder hen plaats. Men berekent dat ongeveer op deze wyze de industrie verlieten, meest arbeiders uit de steden in verband met het gebrek aan levensmiddelen. Hierbij moge niet gedacht worden, dat de werkgevers in de textielnijverheid zich ongevoelig voor het lot hunner arbeiders hadden betoond. Integendeel, zij getroostten zich van het begin van de crisis af groote offers voor hun personeel, de gevallen dat wekelijks 100000 kr. aan onderstand uit eigen zak werden betaald zijn niet zeldzaam. Op den duur was dit echter niet anger vol te houden en moest de hulp van Rijk en gemeente worden ingeroepen.

Dat de ondersteuning in de'tweede helft van 1919 op beperkter schaal kon plaats hebben, was in niet geringe mate te danken aan de groote werkverschaffing in den boschbouw onder leiding van de daarvoor opgericbte maatschappij. In totaal werden door bet Rijk 4 millioen kronen hiervoor bescbikbaar gesteld. J

Waren het in 1918 speciaal werklooze textiel-arbeiders, dit jaar werden de werkkrachten meer in het bijzonder gevonden uit de werklooze steenhouwers, die door het stopzetten van de industrie in den zomer, als gevolg van het ophouden der leveranties van steen aan het Bgk, ander werk moesten zoeken.

Ook onder de gemeenten waren er verschillende die werken als werkverschaffing lieten uitvoeren.

In de bepalingen, overeenkomstig welke de ondersteuning werd verleend, kwam in 1919 geen verandering. Denitkeering bleef gehandhaafd op 3 kr. voor gehuwden, 2 kr. voor ongehuwden en 60 öre voor elk kind, hetzij in of buiten echt ver|wekt, per dag. |

Speciale voorziening werd getroffen voor de werklooze sigarenmakers; de ondersteuning voor de valide tot werk volkomen geschikte arbeiders nam het Rijk op zich, voor de anderen zal zulks geschieden uit een fonds van 126000 kr., door de N.V. Zweedsche Tabaksmonopolie beschikbaar gesteld. Op 31 Dec. werden in elk der beide categorieën 300 werkloozeß ftndersteund.

De bestellingen van Rijk en gemeenten van steenen verschaften in den winter van 1918/T9 aan 11550 arbeiders werk, tegen aan 10350 in 1917/TB. Yoor de behandeling van de aan deze bestellingen verbonden aangelegenheden werd een Centraal Steenen Leverantie-bureau gesticht onder leiding van den voor-