’n paedagogisch element ligt er aan ten gronslag. Bijbrengen van plichtsbetrachting behoort er mede toe. Men eische (ook van werknemerszijde) eerst recht na volbrachten plicht.

Wel zou de arbeidsbeurs door de aangeduide weigering tot inschrijving in een kwaad daglicht kunnen komen bij de werkzoekenden. Deze zouden in haar ongewild wel eens meer een „rechtbank,” een straf-instituut, kunnen gaan zien, en dit zou de arbeidsbemiddeling zeer veel kwaad doen. Daarom zijn we het met den heer Soegdraobr volkomen eens, dat „overleg in deze aangelegenheid tusschen Arbeidsbemiddeling en Werkloosheidsverzekering geboden is.” Zoodat zijn artikel er voor pleit om in plaatsen, waar beide „takken” nog niet tot één Dienst vereenigd zijn, zoo spoedig mogelijk tot samensmelting te geraken. Dan is dat „overleg” gewaarborgd en kan ieder geval afzonderlijk beoordeeld worden.

By my is de vraag gerezen, of ter voorziening in de te berde gebrachte aangelegenheid geene algemeene regeling te treffen vrare. In alle reglementen voor werkloozenkassen kon een bepaling ingelascht worden, die zegt, dat by verzuim van inschryving ter arbeidsbeurs, of by uitsluiting als strafmaatregel, wegens verzuim van afschrijving bij vroegere gelegenheden van werkloosheid, geen uitkeering uit de kas mag plaats hebben. Daardoor zou voorkomen worden, dat de Beurs in een minder goeden reuk komt. De bepaling van aanmelding bij eersten dag der werkloosheid moet dus verscherpt worden.

Daar niet ieder goed Nederlander zijn wetten kent, al is znlks zijn plicht, en omdat niet alle wernemers voldoende op de hoogte zijn van de bepalingen van „hun reglement”, zou een nalatigheid b.v. bij herhaling van een of twee maal eerst tot de toepassing der straf, die de portmonnaie raakt, kunnen leiden. _J

Om te constateeren, hoe vaak de overtreding had plaats gehad, zou dit te vermelden zyn op de inschrijvingskaart, die de werklooze van de Arbeidsbeurs ontvangt en wier vertooning door de meeste kasbesturen toch al reeds als bewijsstuk geeischt wordt.

Wie een ander idee is toegedaan, kome er mee voor den dag.

Tentoonstelling Arheidsiemiddeling. Wy vestigen de aandacht op de circulaire, voorkomende op blz. 41 van aflevering 1 van het Orgaan voor de Praktyk, betreffende eene op 13 en 14 Juli a. 3. te ’s-Hertogenbosch te houden tentoonstelling op het gebied der arbeidsbemiddeling, bij gelegenheid der aldaar te houden jaarvergadering der Vereeniging van Nederlandsche Arbeidsbeurzen. I

Bene aansporing zoowel tot mededinging als tot bezoek voegen we hieraan gaarne toe.