Maar tot Augustus kwam toch af en toe bericht;

IrGiiG hoopte en had voor liem en zyn genooten, Toen eensklaps werd te Metz het leger ingesloten; En, na een vluchteling, met hare smart begaan.

Verhaalde, dat Rogir den vuurdoop had doorstaan, Had zij den moed voortaan ook zonder nieuws te leven.

En zelden slechts heur hart in tranen lucht te geven! Zy weid godvruchtiger dan ooit; verzuchtend lag

Zij voor ’t altaar geknield der dorpskerk; dag aan dag ezocht zij de armen, die zoo noode bijstand vraagden,

En had voor de ouders troost, als ze om hunkinderen I? i 1 .X . [klaagden En steunde t arm gezin op waarlijk eedle wijs.

1 _ ~•! ’a * ..* ,* • • • • • •

Het was een bange tijd: de vijand vóór Parijs, Heel Frankrijk uitgeput, verteerd door ’t vuur der , ... .. _ [koortse

De inval liep door ’t land met hakkerende toortse; Keeds fourrageerden er ulanen in de streek. ..

He vrome dorpspastoor hield menige ernste preek, • . • • • He jonge bruid liet haar gedachten zwerven;

/.IJ had geen voorgevoel vol angst en boezempijn. liogii was nog te Metz, waar kon hij anders zün ? laatste biief hield in: »ik ben gespaard gebleken”

Hij was gezond en frisch, hij leefde en moest wel _ j ____ __ [leven.

En, altijd wachtte zij, en in gebeden trouw. Vervuld van liefde en ho'op, met de innigheid der vrouw.

11.

Eens op een morgen stoorde een vreemd gerucht haar A „ 1 . , I droomen. Aan de oyerzg van t park, door de kastanjeboomen,

woei een kruitwolk op en knalde ’t keer op keer. kn de eedle jonkvrouw bloosde en sloeg de oogenneer.

/IJ had gebeefd, en wilde, als Rogir, dapper wezen. IJ kleedde zich bedaard, als had zij niets te vieezen,