volgens welke de a – b – e – kinderen in Duitschland het eerste christelijk onderricht ontvangen. Ook daar moet de Missionaris zich toeleggen op eenvoudigheid van taal , en aan de meestbekende voorwerpen de beelden ontleenen, om zich naar behooren te doen verstaan. De christelijke leering wordt besloten door de benedictie met het Allerh. Sacrament.

Vervolgens ga ik meestal met onze jongens van de missie een wandeling doen , waarbij ik reeds dikwijls gelegenheid heb gehad om met verliazing op te merken hoe goed zij op de hoogte zijn van de inlandsche dieren- en plantenwereld. Onderweg zong ik hun wel eens Duitsche liederen voor; al spoedig waren ereenigen, die ze onberispelijk konden nazingen Zijn wij tegen de korte avondschemering weer thuis, dan voeren de kleinen na het avondeten nog hunne geliefkoosde volksdansen uit, waarbij onze veertienjarige Johannes dikwijls de overwinning behaalt.

De volwassen christenen levgen’s Zondags namiddags meestal hunne onderlinge bezoeken af. Er zijn ook reeds vele heidenen die ’s Zondags niet meer werken , en de dag des Heeren is hier veel stiller dan in christen landen dikwijls het geval is, waar hij maar al te veel door uitgelatenheid en onmatigheid ontheiligd wordt.

OUDK POSTZEGELS.

TEN BATE VAN HET GENOOTSCHAP DER H. KINDSHEID.

ZIJN INGEKOMEN VAN 8 APRIL TOT 8 JÜNI 1902

Den Heer W. de Barse , Osch 1300. Mej. Henniue Roefs, Leeuwen, 10,250. Mej. Johanna Vogels, Zijtaart 1000. Mej. Marie Becker, Dokkuin 3650. Mej. P. de Groen, Horsen 2000. Mej. J. E. Noyens, Langeraar 1000. De Zelalricen van Rotterdam 160,000. Mej. M. Drabbels en Mej. A. Tielen, Meterik-Horst 1200. Mej. A. de Vijlder en A. Heijens, Osseniase 1000 Mej. Maria, Bertha en Anna Rooygaart, Ossenisso 1000. Den jongenh. Fr. Karskene, Zaandijk 1000,— Fran9oise,