toen hij halfweg Siberië was. Het nieuws, dat uw brief meebracht, was mij evenwel niet minder aangenaam. Men moet hier zijn om te zien en te begrijpen hoeveel goeds tot stand wordt gebracht door geldelijke bijdragen.

Verbeeld U, gij bebt daar b. v. een dorp van honderd families, allen heidenen; nooit, nooit heeft onze goede God daar een zieltje gehad, nooit heeft Hem daar iemand als « Onze Vader” begroet; alleen de duivel heeft daar van geslacht tot geslacht als heer en meester gezeteld en de eerbewijzingen van oud en jong ontvangen. Daar komt op zekeren dag uit die plaats een brave Chinees, verklarende dat hij katholiek wil worden. Waarom ? ... «De katholieke godsdienst is goed, antwoordt hij en dat is alles wat hij voor bet oogenblik weet.

De eigenlijke reden is, dat de vrome Christenen van Holland en elders door hunne gebeden en opofferingen die bekeering, zonder het zelf te weten, van Cod verkregen hebben.

Een tijdje later komt bij terug met een lijst van 3, 4 families, er bijvoegende, dat, wanneer er een school zal zijn, er zeker nog verschillende families zullen bijkomen. Zoo gezegd, zoo gedaan; eene school wordt opgerichl, eerst voor mannen, daarna voor vrouwen, en zoo komt het dat daar na twee of drie jaren een twintig, dertigtal, en zelfs meer families heel katholiek zijn. Deze nieuwe christenen bidden dagelijks hun morgen- en avondgebed, den Rozenkrans voor hunne weldoeners, vieren Zon- en Feestdagen, leiden hunne kinderen voortaan christelijk op; van tijd tot tijd wordt het H. Misoffer in hun midden opgedragen. En meent gij niet, dat Onze Lieve Heer die Hollandsche families, welke bijgedragen hebben om zoo den goeden Cod te doen geeerd en bemind worden door wie weet hoeveel nakomende geslachten , hard zal zegenen en troosten in hare beproevingen ?

En meent gij niet, dat de gebeden van zooveel onschuldige kinderen , stroomen van genaden zullen doen nederdalen op