des wolfs te ontrukken. Ik liet dus een der Katholieke aanzoekers roepen, die vroeger door Estella gewild, maar door Kasamoko geweerd was bij gebrek aan geld.

Hoeveel bebt gij noodig voor het losgeld van Estella ?

Honderd franken.

Wel was het eene zeer groote som voor een armen missionaris ; maar ik had het voorgevoel, dat dit geld mij eens zou teruggegeven worden door een ziel, gelukkig van mede te werken aan bet geluk en de zaligheid van Estella, door aan den jongeling de som te bezorgen noodig voor zijn huwelijk.

« Ga naar Kasamoko, zeide ik, en geve God dat gij slaagt.”

De oude heiden, wetende dat één vogel in de hand meer waard is dan tien in de lucht, nam het geld gretig aan, en eenigen tijd later zegende ik een nieuw christelijk huisgezin.

Bekeering en stichtend afsterven van een afvallige.

(Uit een hrief van den E. P. Firminus Sen, uit Kjang-in. provincie Kjang-nan in Sina, geschreven in Mei 1904.j

en bekeerling uit Kjang-in, vroeger tamelijk ijverig, bad kIAJ. ten laatste , na den dood zijner beide zonen, het geloof weder verzaakt; doch zijn brave vrouw zorgde dat bun dochter de christen school bleef bezoeken. Deze man kreeg in den afgeloopen winter een gezwel aan den hals, waardoor hij veel leed en zijn leven zelfs in gevaar kwam. Zijne vrouw en dochter wilden nu bij hem ktmen bidden; maar pas merkte bij dit, of bij werd woedend en hield niet op haar te verwenschen. Eene Zuster van O. L. V. Presentatie bood hem een medaille van den H. Benedictus aan ; hij smeet ze over den vloer. Alle toespraken bleven vruchteloos ; de Zuster verliet hem echter niet, maar liet door den kruier aan de hootdstatie weten , hoe de zaken stonden. Het was Maart,