lukt, zeide hij. De vrouw antwoordde niet en de inboorling hief reeds als naar gewoonte zijn hand tegen haar op. Voor algeheele verdediging wees zij hem op het zwakke schepseltje, daar naast haar liggend onder een handvol vodden, die voor deksel dienst deden. Op dat gezicht bedaarde hij.

’t Is toch zeker een jongen ?

Tranen waren haar eenig antwoord.

De man werd woedend. De eene beleediging volgde op de andere en smolt samen met het geloei van den storm daarbuiten om het hart der moeder te grieven. „Nietsnutster, beet de visscher haar toe, ik moest u en dat ding daar naar den oever der zee sleepen en u aan de golven overgeven ... ’t Is wat moois. Een meisje waartoe dient het ? Gij hebt dan gezworen, dat ik niemand zal nalaten om ofPers op te dragen op mijn graf.

Toen hij uitgeraasd had, ging hij heen naar het afdak, dat als keuken diende : het gerinkel van potscherven gaf te verstaan, dat het arm keukengerief zijn deel had in het ongeluk, dat dezen nacht over ’t huis kwam. Immers, voor deze heidenen is de geboorte van een meisje een vloek. Waarvoor dient een meisje ?’t Is een mond meer die voedsel vraagt Dat is alles.

Men doodde haar niet, maar zij werd een voorwerp van afkeer. Ze kende nooit den glimlach des vaders. De slechte behandelingen, die haar moeder wegens haar moest onderstaan, vielen terug op haar arm lichaam. Toch werd ze allengs grooter; ze was lief met haar groote droomerige oogen vol verstand. Als zij haar hutje verlaten kon, en dat ging nog al gemakkelijk, daar niemand zich om haar bekommerde, ging ze op het strand met kinderen van haar leeftijd schelpen verzamelen of ze liep een eindweg de zee in om zich reeds te oefenen in het duikersambacht dat ze later evenals de meeste vrouwen van het eiland, zou uitoefenen.

Zij ging paarloesters visschen of een soort wier plukken, dat ze als gezochte groente aan de rijke menschen verkocht. Zij