Natuurlijk konden allen niet medegaan. Van de vier militaire afdeelingen namen wg de drie eerste mede: Vijf en zeventig kinderen. Tegen kwart vóór tienen einde der klas, aankleeding, samenroeping, laatste waarschuwinging van den Pater Prefect en vertrek met de klaroenen voorop. Ik verzeker U, dat zij er trotsch op waren, en, overtuigd van hunne goede vorming, den roem van het College hoog wilden houden. Zoodra men dan ook op weg slechts twee personen vereenigd tegenkwam of een viertal met stroo bedekte hutten passeerde, deden de chefs aanstonds halt houden en in geregelden pas ging het voorwaarts.

De brave lieden kwamen naar buiten, bleven staan, zetten groote oogen op en toonden zich tevreden over de goede houding en de tucht hunner kleine landgenooten. Ik herinner mij onder anderen een goeden grgsaard, in de groote Sineesche straten van Tong-ka-doe (vier man naast elkaar vullen de breedte) aan de deur zijner woning. Hij stond met open mond CD geheel opgetogen de voorbijtrekkende kinderen aan te gapen. Hij scheen gelukkig, te kunnen beweren, dat zijn nakomelingschap nog zoo min niet was. Zeker heeft hij nog lang alles nagestaard, totdat hij den hoek der straat de kinderen verdwenen.

Diner te Tong-ka-doe en vertrek naar dèn Marco Polo tegen half twee. Om vijf minuten vóór twee kwam een stoomsloep, welke twee groote schuiten nasleepte ons aan de kade afhalen. Onze komst aan boord bood een aardig schouwspel ; de schuiten worden naar bakboordzijde gebracht en de sloep, waarin zich de autoriteiten bevonden (namelijk Pater Marchi van Tang-ka-doe, Pater de Vibraye, twee Sineesche broeders van Tsjé-li en uw dienaar) naar stuurboordzijde. Wij stijgen op en vallen in de armen der officieren, die ons op de hoffelijkste wijze ontvangen.