derenswaardig is in deze bekeeringen, is de zuiverheid der beweegredenen, die hen trekt. Alles is bovennatuurlijk; de stem Onzes Heeren, met uitsluiting van iedere andere stem roept en trekt, en de jonge heiden, geroepen en getrokken, berust er in en geeft zich over aan de goddelijke aantrekkingskracht, zonder te denken wat het hem kosten zal.

Zoolang wij aan deze kinderen, vervolgd en verbannen door hunne families, bij hunne aankomst bij ons een schortje konden geven om zich te dekken of een geldstuk om zich versnaperingen te koopen, kon men denken dat dit lokaas het tijdelijk voordeel had, dat zij zich tot den missionaris getrokken gevoelden. Maar nu wij zelf sedert drie lange jaren beroofd zijn van allen leeftocht en wij aan deze naakte en uitgehongerde lichamen niets kunnen geven dan glimlachen en goede woorden, blijkt het duidelijk dat het God is, en God alleen, Dien deze kinderen zoeken als zij tot ons komen. Het is dus niet te verwonderen, dat die God zoo uitsluitend door hen bemind en om hen te bedanken voor hun vurigheid om naar zijn stem te luisteren hun reeds vóór het doopsel de sterkte en standvastigheid schenkt der belijders van het Geloof.

HENRI STREICHER,

Vic. Ap. van Oeganda.