tusschen te nemen en hem te doen opvliegen, was hem ook niet vreemd. Dat maakte hem nog scherper.

Komaan, Pater, hebt ge me niet gezegd, ja of neen, dat alles hier in de wereld geschiedt met den wil of tenminste de toelating van God ?

Natuurlijk, dat spreekt

Maar ge moet me toch toegeven, dat dit leven vol onaangenaamheden, vol verdriet, ja zelfs lijden is!

Ja, dat kan tk je niet ontkennen.

Dus, als ik goed redeneer, zijn die verdrietelijkheden ons door God toegezonden?

Pater Thyrsus hief zijn wijsvinger op als om te zeggen :