êén leekebroeder der Jezuïeten was. Onmiddellijk schreef Johann Gaspar zijn geluk aan zijne moeder in Golzheim, die echter inmiddels reeds overleden was.

’t Was een moeilijke zaak, Tonkin binnen te dringen; want alle toegangen werden streng bewaakt. Maar men vond een kapitein, die alle kustplaatsjes kende en op zich nam, de priesters aan land te brengen op een plaats, die niet bewaakt werd. Men ging onder zeil; maar tegenwind bemoeilijkte de vaart, zoo dat zij te lang in zicht der haven van Nau-Cheo lagen; de wakers merkten het; een onderzoek volgde en de missionarissen werden ontdekt. Onmiddellijk werden ze te Nau-Cheo in de gevangenis geworpen. Na vele dagen daar gezucht te hebben, want de gevangenissen in Tonkin waren geen gemakkelijke hotels, kwam van hoogerhand bevel, dat de Europeanen overland naar Macao zouden teruggebracht worden; de Tonkineezen mochten naar hun

Uit den Kindsheidoptocht te Sas van Gent.