Geen Missie-Zuster en toch ...

Ik wed, dat er hier of daar in een verborgen hoekje nog wel iemand zit, die nooit gehoord heeft van de kleine Teresia van het Kind Jezus. Toch is er dit jaar veel over haar te doen geweest, want den 29sten April jongstleden is ze door onzen Heiligen Vader Paus Pius XI zalig verklaard. Toen ze nog een klein meisje was en thuis woonde, was ze de lieveling van haar vader, die haar zijn „klein koninginnetje” noemde. Ze was de vroolijkheid en onschuld zelf. Gedurig dacht ze aan het Kind Jezus, en ’t leek wel, of Hij haar speelgenootje was. Geen wonder, dat zulk een heilig kind, toen het nog maar amper twaalf jaar was, geen vuriger verlangen had dan naar het klooster te gaan. Daar immers kon ze heelemaal met en voor God leven. En ook veel zielen voor God winnen. Want al vroeg begreep ze, dat dit wel het schoonste werk is, dat we doen kunnen. Daarvoor immers is God de Zoon zelf op aarde gekomen en heeft Hij al z’n bloed vergoten. O, als wij eens wisten, hoezeer God naar de zaligheid der zielen verlangt, wat zouden wij ons best doen om onze medemenschen tot Hem te brengen. Het meest van al doet er wel voor de missionaris, die alles verlaat wat hem dierbaar is, om ver, heel ver weg als een apostel zijn leven te besteden aan de bekeering der heidenen. En niet minder ook de Missie-zuster, die met hem meegaat en alles geeft om allen voor Christus te winnen. Maar niet