dween bijna heelemaal in die groote broek. Het was een koddig gezicht ! Zoo stapte de kleine held naar de kerk. Voor de kerkdeur bleef hij een oogenblik staan. Werd het hem met de gekaapte broek misschien een beetje bang om het hart – Neen, neen, zijn wensch was vervuld en verder dacht hij niet Was nu de deur maar open ! Hij gaat op zijn teentjes staan, pakt met beide handjes de deurklink en met inspanning van al zijn krachten lukt het hem de deur te openen. Nu stapt hij moedig maar toch zachtjes door het middelpad van de

Uit den Kindsheidoptocht te Deurne.