Geachte Jubilaresse I

Niet zonder eenlg schromen heb ik de taak op mij genomen, als tolk der zelatricen U een klein woordje toe te spreken, ’t Zal me geen rede worden zooals ge die van een geboren redenaarster zoudt boeren, maar ’t is daarom niet minder bartelijk gemeend. Als ge zoo ’n terugblik slaat op ’t verleden, wat moet bet dan een voldoening voor U zijn, dat door dit opofferende liefdewerk, 40 jaren lang voortgezet, zooveel zwartjes, en misschien ook wel blanke beidenscbe kindertjes tot ’t ware geloof zijn gebracht! Maar gij hebt niet alleen voor de zwartjes in verre gewesten gezorgd, ook voor ons waart gij en zijt gij zulk een voorbeeld van een goede propagandiste. Hoevele leden hebt gij niet aangewonnen! Het zou ons te ver voeren, als wij dit in den breede gingen uiteenzetten. Trouwens wij allen weten bet, die reeds meerdere jaren met U hebben mogen medewerken. Daarom, Jubilaresse, spreek ik namens de zelatricen dezen wenscb uit, dat God U nog vele jaren beboude in een goede gezondheid, om steeds opgewekt en anderen tot voorbeeld te blijven arbeiden aan den bloei van bet ons allen dierbare Genootschap en dat bet U gegeven moge zijn eens bet gouden feest als zelatrice der H. Kindsheid met ons allen in goede gezondheid te vieren.

Tal van bloemstukken en geschenken, baar geschonken door corporaties, waarvan Mej. van Seumeren eveneens lid of bestuurster is, zooals van bet meisjespatronaat St. Agnes, de Maria-Congregatie, de Derde Orde, verhoogden de blijken van baar feestdag en maakten dien voor baar onvergetelijk.

Wat vooral in baar geprezen mag worden, is niet slechts de ijver waarmede zij steeds zorgt nieuwe leden aan te winnen, maar ook de nauwlettendheid waarmede zij zorgt, dat de zelatricen altijd en immer iedere maand de opgebaalde halve stuivers komen afdragen. Dit vooral is de reden geweest, waardoor de opbrengst van bet Genootschap der H. Kindsheid in Den Helder sinds zij Hoofdzelatrice is, ongeveer verdubbeld is.

Wij wenscben aan alle parochies, waar ’t Genootschap der H. Kindsheid gevestigd is, eene Hoofdzelatrice toe, zooals zij was en is: onbezweken ijverig en nooit moede wordend.