op eene diepte van een bewaart dat warm te huis en daar komt het uit. Zoodat men hier en daar een vogel van dit soort kan vinden; te Loewoek o. a. was er een bij een officier doch mijn koster, die meeging op dienstreis, had er al gauw éen te pakken van een Arabier, zijn medepassagier, die dezen maléo gaarne afstond aan den pastoor. Te Macassar teruggekeerd heeft het beest nog één week geleefd, zoodat mijne catechis-kinderen (den eersten catechismus moest Pastoor natuurlijk vertellen van de dienstreis), den malé® nog gezien hebben, alsook de eieren die ik (twee stuks) had medegebracht. Op de «’s Jacob» beweerde de eerste stuurman. Dirk v. d. Berg, dat men van die eieren heerlijke eierstruif en advocaat kan maken. Dat wilde ik natuurlijk niét gelooven : doch moest het later wel oji gezag aannemen, daar hij zijne woorden niet omzette in daden, en Pastoor geen eierstruif gegeten en ook geen advocaat gedronken heeft. Eindelijk waren wij te Bangaai op Donderdag den 14den van Bloeimaand, en zou mijn eigenlijk dienstwerk beginnen. Na een bezoek aan het bivak en het hospitaal (waar ik ook al weer 2 To.mohonners aantrof) zou het met den schokker «Premmo» gaan naar Sambioet, gelegen op het eiland Peleng in den Bangaai-Archipel, tegenover Bangaai zelf. De heer en mevrouw Binantio-Sexson-Versteegh waren met de «Premmo» hier gekomen om mij te halen. Te 11 uren vertrokken we van Bangaai: 't was voorloopig sukkelen, een beetje roeien, een beetje laveeren, afdrijven met den stroom tusschen de verschillende eilandjes door, totdat we ’s middags te 3 uren den wind te pakken kregen en het nu met voilé zeilen over den zeespiegel vloog recht op Sambioet af, alwaar we ’s avonds te 6 uren voet aan wal zetten. Juist kwam de boot voorbij om door te stoomen naar Gorontalo, en kapitein Boon groette ons met fluitsignalen die wij beantwoordden met zakdoekgewuif.

Te 7 uren was het avondkerk, en niet één ontbrak. Alles was samengestroomd, oud-en jong, groot en klein, en ik kon kennis, maken met mijn nieuwe missie ter sterkte van 60 christenen. Maar, maar .... brave menschen, goede katholieke, goedige luidjes, menschen uit Manilla, duikers die leven van het