tot stand, waarbij de inwoners van Jatrib Mohammed tot hun stamgenoot en profeet aannamen.

Na eerst eenige van zijn aanhangers vooruit gezonden te hebben, verliet hij zelf 16 Juni 622 Mekka en begaf zich naar Jatrib, dat van nu af Medina-an-nabi = stad des profeets, of kortweg al-Medina = de stad genoemd werd. Dit feit, dat van zoo groot belang is, dat de Mohammedanen er hun jaartelling mede beginnen, staat bekend onder den naam van hidjrah, welk woord niet ~vlucht" beteekent, maar moet vertaald worden door ~afsnijding”, „afbreking” van de betrekkingen met de zijnen.

De hidjrah is beslissend geweest voor het verder optreden van den profeet en de ontwikkeling van het Mohammedanisme. Van nu af aan begint zijn heerschappij te Medina, die in het begin nog wel niet onbeperkt was, daar vele inwoners zich eerst langzamerhand, onder den invloed van zijn steeds stijgende macht, aan hem onderwierpen, maar welke toch van meet af aan over de geheel nieuwe richting van den Islam besliste. Want uit het optreden van den man, die meende geroepen te zijn om anderen tot den waren godsdienst te brengen, was nu een formeele politieke actie ontstaan. Aan het bovenaardsche doel verbond zich een wereldsch streven; ja, dit groeide er boven uit en zijn hoogere opvattingen werden slechts een middel om zijn heerschzucht en zijn wrok tegen de inwoners van Mekka, die hem hadden bespot en verworpen, te voldoen. Zoo onderging nu de koopman een tweede metamorphose en werd van profeet krijgsman. (Wordt vervolgd.)