zijn handelszaakje geliquideerd en was zich nederig komen aanbieden als postulant bij den Higoumenos (abt) van het klooster. Na 3 maanden, waarin van hem niets anders gevraagd werd dan zijn aanwezigheid bij het dagelijksch Officie en bij den handenarbeid, ontving hij het monnikskleed: een zwarte toog met een leeren riem om het middel, een lang kleed zonder mouwen en een zwarte muts van grof linnen. Daarmede was hij novice. Na wederom 3 maanden mocht hij bovendien de rasso dragen, een ruime mantel met wijde mouwen.

Het nieuwe leven ging zijn dagelijkschen gang; het beviel hem wel, al was het hem soms zwaar, dat hij nooit vleesch aan tafel kreeg en zoo dikwijls volgens den regel vasten moest: strenge vasten, waarbij men noch eten noch drinken mocht. Zoo stond het in den regel, maar Trofime had spoedig bemerkt, dat vele monniken er zich niet aan hielden en ook dikwijls het koorgebed verzuimden, ja, zelfs», dagen lang buiten het klooster doorbrachten en dat er ook ergere dingen gebeurden. Hij had erover geklaagd bij den Higoumenos, doch deze had geantwoord, dat de geest in zijn klooster beter en stichtender was dan elders; de monniken waren niet slecht en Trofime moest de zaken maar nemen, zooals ze waren.

Op zekeren dag kwam hij in nauwere aanraking met een ouden, grijzen monnik, die wat in Rusland zelden voorkomt er prijs op stelde, bijna dagelijks de H. Mis te celebreeren; toen Trofime bemerkte, dat deze stichtender was dan alle anderen, stortte hij hem zijn hart uit en zeide hem zijn teleurstelling.

De oude man begreep hem en nam hem onder zijn bescherming: „Als ge wilt, moogt gij mij assisteeren bij de H. Geheimen en wanneer de anderen buiten het klooster zijn, zullen wij samen psalmen bidden; dan zijt ge mijn „psalomtchik”. Nu sprak Trofime dikwijls met den grijzen monnik; het deed hem goed; deze leerde hem den waren dienst van God, wees hem op Christus en het Evangelie: ~lk geloof, dat de Russische Kerk niet de ware traditie van het geloof bewaard heeft, zij is afgescheiden van de ware Kerk van Christus, de Kerk van Rome; wij. Russen moeten terug naar de hereeniging met Rome. O, als ik kon en nog jong was, dan zou ik overal dien terugkeer willen