zeker voorstander van was en blijf. Liever een lialf ei dan een leege dop; liever een doekoen, die men uitsluitend uitwendige handgrepen aanleert, zooals in 1902 uitdrukkelijk gezegd is, die het kind kan afbinden en kan credeeren, waardoor al ontzettend veel onheil kan voorkomen worden, dan de tegenwoordige doekoen baji, die de barende dagen en dagen hulpeloos laat liggen tot de dood een eind aan haar lijden maakt, of de barende vrouw op vreeselijke manier mishandelt, zonder bevoegde hulp in te roepen.

Om tot betere toestanden te geraken, is in de eerste plaats noodig: De registreeringen reglementeering van de doekoen.

De ex-commissie in haar geheel, zoowel als de H. H. Bijker en Winkler ieder voor zich, zijn daartegen, omdat ze daarin dwang zien. Nu kan ik niet meegaan met het idee, dat registreeren en reglementeeren der doekoens synoniem te stellen zijn met dwang. Het is een begin maken met het verbieden der onbevoegde uitoefening van verloskundige praktijk, andeps niet. Maar zelfs al zou men het als dwang willen beschouwen, dan is het me niet duidelijk, waarom de commissie daar zoo heftig tegen is.

Laat ons een oogenblik het verloskundig terrein verlaten en een 'blik slaan op de vaccine. Hoe meh daarmede te werk gaat, is ieder bekend. Het vaccine-reglement spreekt van de bevolking zal en moet, en als natuurlijk gevolg daarvan worden iedere week de Inlandsche moeders met hunne kinderen door de dessahoofden of hunne handlangers naar de vaccine-centra gebracht, en wee het hoofd der dessa, van waar de kinderen niet behoorlijk opkomen. Een meer uitgesproken vorm van dwang is moeielijk denkbaar. Deze wordt echter alleen toegepast bij de Inlandsche bevolking en niet bij Vreemde Oosterlingen, als Chineezen etc., met het gevolg, dat de vaccine bij de Inlanders prachtig werkt en bijzonder gunstig resultaat heeft, daarentegen bij Chineezen etc. juist het tegenovergestelde.