Verslag van het wetenschappelijke gedeelte der vergaderingen van de Vereeniging tot Bevor= dering der Geneeskundige Wetenschappen in N. I., te Batavia gehouden in de maanden Januari —Maart 1912.

Gewone vergadering op 18 Januari 1912 des avonds ten 9 ure in de leeraarskamer der S. t. o. v. i. a.

De heer Sitsen krijgt liet woord tot het houden zijner aangekondigde demonstratie. Spreker vertoont een praeparaat afkomstig van een man, van wien het volgende bekend is: In 1905 en 1908 leed patiënt aan enteritis; hij deponeerde schuimende, dunne faeces; in de ziektegeschiedenissen staat niet vermeld, of patiënt slijm en bloed ontlastte, en ook niets over het zoeken naar amoeben. Enkele weken geleden kreeg patiënt pijn in de buurt van de galblaas, en werd vermagering waargenomen. Kort geleden in het hospitaal opgenomen, bleek een niet fluctueerende tumor te bestaan in het epigastrium en onder den rechter ribbenboog. Bij de daarop verrichte laparotomie in de mediaanlijn bleek de tumor een absces te zijn, dat zich naar rechts uitbreidde. Patiënt is kort na de operatie overleden. Bij de sectie bleek het volgende: Het omentum was naar boven opgeslagen en met het peritoneum parietale vergroeid; de lever was vergroeid met het diaphragma en met het colon transversum, lever en colon transversum ook met den buikwand. Lever, colon transversum en buikwand omsloten een abscesholte, die door een opening toegang gaf tot een absces in de linker leverkwab. Het colon