met voedsel, n.1. deze: of langs het darmkanaal gemakkelijk besmetting verkregen kan worden.

Wilm besmette een aap door het dier een stuk suikerriet te laten eten, dat hij gedrenkt had in een cultuur van pestbacillen. Gibson liet tien ratten eerst 24 uren vasten en voederde hen daarna gedurende 14 dagen met koren, dat in bouilloncultuur van pestbacillen was geweekt. Aan het einde van deze proef waren alle ratten, ofschoon zij ieder 100—150 c.c.M. pestbacillen-cultuur hadden gebruikt, gezond. Daarna werden zij, om hunne gevoeligheid voor een besmetting met pestbacillen na te gaan, ingespoten met 1. c.c.M. van dezelfde cultuur, en alle waren zij in 36 uren dood. Ook Hankin nam dergelijke proeven, gewoonlijk met negatief resultaat. Hij is van meening, dat ratten alleen dan langs het darmkanaal kunnen besmet worden, wanneer groote hoeveelheden zeer virulente mikroben met hun voedsel worden gemengd.

Simond li$t een rat een waterige suspensie van pestbacillen drinken. In een andere proef voederde hij ratten gedurende 3 achtereenvolgende dagen met virulente agarculturen van deze microben. Bij nog andere proeven voederde hij ratten met de organen en lijken van dieren, die aan pest waren gestorven, met pneumonisch sputum, en met voedsel, dat met besmet bloed was gedrenkt. In alle gevallen bleven de dieren gezond.

De Australische en de Duitsche pestcommissie (1899) vonden, dat pest kon worden overgebracht op ratten door die te voederen met culturen van pestbacillen, of met de lijken van pestratten.

De pathologisch-anatomische veranderingen echter, die na den dood gevonden werden, wezen in de meeste gevallen op een binnendringen van de pestbacillen door den mond, en slechts in enkele gevallen door het darmkanaal. Van 7 ratten, die in Bombay herhaaldelijk gevoed waren met voedsel, dat met pestbacillen was besmet, bleven er 3 in leven.