door de Commission for the investigation of plague, wier leden dikwerf in liuii kleeding rattenvlooien vonden, wanneer zij de wijken der armen bezocht liadden. Maar zij bewezen ook experimenteel liet overbrengen van pest op deze wijze door de volgende proef. Bundels kleedingstukken, afkomstig uit inlandsche woningen waar pest was voorgekomen, werden met caviae samengebracht in vlooien-vrije hokken. Bij dertig proeven gelukte het op die wijze éénmaal waar te nemen, dat de cavia aan pest stierf. Een vloo, en ditmaal was het een menschenvloo, die gevangen werd bij een cavia, die gezond was gebleven, bleek in haar maag een ontelbaar aantal pestbacillen te bevatten.

Een van de belangrijkste eigenaardigheden der epidemieën van bubonenpest is hun periodiciteit. In streken, waar de ziekte endemisch is, heeft het begin der pest zoowel onder de ratten als onder de menschen ieder jaar plaats ongeveer op denzelfden tijd, evenzoo de hoogste ontwikkeling en het verdwijnen der ziekte. Naar mate men zich van den equator verwijdert komt het pestseizoen later. In Bombay bereikt de epidemie haar hoo_gste punt in Maart, in Lahore in April, in Jhelum in Mei, in Rawal Pindi in Juni en verder naar het Noorden in Juli, Augustus en September. De groote epidemieën in London (1665) en in Marseille (1720) bereikten hun maximum in September.

De reden voor deze periodiciteit is door Gotschlich (1893) in verband gebracht met het tijdstip, waarop de meeste ratten geboren worden. Hij vond, dat in Alexandrië de geboorte van het grootste aantal ratten samenviel met de epidemie.

De Pestcommissie heeft een groot aantal onderzoekingen over dit punt gedaan in verschillende deelen van Indië. In Bombay valt het begin der epidemie in de periode waarin het kleinste aantal ratten geboren worden. In Punjab worden veel ratten geboren in Maart en April en dan in September en October. In deze tijdperken valt ook het