maar het is volgens haar meening niet geoorloofd liet ot1vermeld te laten onder de verschillende mogelijkheden waarop door de scheepvaart choleravibrionen kunnen worden ingevoerd.

Ofschoon de ontsmetting van dit water theoretisch de eenige maatregel is, die genomen kan worden, heeft de subcommissie gemeend geen bepaalde voorzorgsmaatregelen in het bijzonder te moeten aanbevelen. Deze ontsmetting is echter moeielijk en een algemeene invoering daarvan niet spoedig te verwachten.

Daarom meent de Subcommissie nadrukkelijk te moeten aandringen op maatregelen, die het water in de havenbassins en van de reede, en dus ook het daaraan ontleende ballastwater, behoeden voor verontreinigingen met uitwerpselen van choleralijders. Zij spreekt den wensch uit, dat de aanstaande Conventie aandringe op de assaineering der zeeplaatsen. Deze behooren alle in het bezit te zijn van een watervoorziening, die niet kan worden besmet, en van een zoodanig rioolstelsel, dat de verontreiniging hunner havenkommen en va 1 de reeden met faecaliën onmogelijk is.

Dr. J. de Haan.