dubbel volumen alcohol gevoegd beeft, en voert het gas uit de ontwikkelingskolf in salpeterzuur, dat zich ineen klein porceleinen schaaltje bevindt. Wanneer bet zuur een specifiek gewigt van ongeveer 1,34 bezit en vooraf door uitkoking van alle ondersalpeterzuur bevrijd is, zoo stijgen de gasbellen daarin op, zonder dat er ontvlamming volgt. Voegt men nu bij de vloeistof een of twee droppels rood rookend salpeterzuur, zoo begint dadelijk elke droppel inde lucht te ontvlammen, onder vorming van ringen van phosphorzuur. De zelf ontvlamming kan weder opgeheven worden, zoodra men eene grootere hoeveelheid onder-salpeterzuur toevoegt, dewijl dan de phosphorwaterstof reeds inde vloeistof ontleed wordt. Het onder-salpeterzuur veroorzaakt zonder twijfel de vorming eener geringe hoeveelheid zelfontvlammende vloeibare verbinding H2 P; intusschen schijnt ook het salpeterzuur daarbij eene rol te spelen, zoo namelijk het water , dat men met het ondersalpeterzuur vermengt, de ontvlamming der bellen niet bewerkt. Chlorium en bromium in geringe hoeveelheid bij het water of zuiver salpeterzuur gevoegd, brengen eveneens geene ontvlamming te weeg. Daar de bereiding van niet zelfontvlammend phosphorwaterstof zeer gemakkelijk plaats grijpt, zoo eigent zich deze proef zeer geschiktelijk tot voorlezingen, in plaats van de bereiding van het zelfontvlammend gas, dat zoo als bekend is, soms met bezwaren verbonden is. Men kan met ieder eenigzins geelachtig gekleurd salpeterzuur de ontvlamming te voorschijn roepen. (Annalen der Chemie und Pharmacie Bd. CX VI H. 2. S. 193.) Over alamen ustum. De meeste pharrnacopoën geven voor de bereiding van aluinen ustum op, dat de aluin eenvoudig zoo lang moet verhit worden, tot dat zij na de smelting weder droog geworden, of eene poreuse zwammige massa bekomen is. Alleen de Griekschc pharmacopoea laat het buitenste gedeelte der massa

57