Zamenstelling van het staal enz.; door E. Frëmy.

ff ré m y heeft in eenige artikelen geantwoord op de tegenwerpingen en bedenkingen, waartoe zijne ontwikkelde denkbeelden omtrent de zamenstelling van gietijzer en staal, inden boezem der Académie des Sciences aanleiding gegeven had. Thans deelt hij eenige nieuwe feiten mede , strekkende tot bevestiging zijner vroeger bekend gemaakte denkbeelden omtrent de staalvorming. Het ijzer van den handel bevat 99,5 ijzer en 5 duizendste vreemde zelfstandigheden. In het staal treft men aan 99,2 metaal en 8 duizendsten staalvormende verbindingen. Het gietijzer bestaat uit 95 ijzer en 50 duizendsten verschillende ligchamen. He cementatie heeft alzoo ten doel, om aan het ijzer 3 duizendsten staalvormende ligchamen te leveren, terwijl de puddling voor het staal aan het gietijzer 42 duizendsten vreemde zelfstandigheden ontnemen moet, en in het ijzer 8 duizendsten staalvormende verbindingen achterlaat. Het vraagstuk, dat de schrijver had op te lossen, bestond alzoo in het onderzoek : welke ligchamen het waren, die met het ijzer verbonden in eene hoeveelheid van 3 duizendsten, de staalvorming konden bewerken. De hoeveelheid nu der ligchamen, welke staal vormen, is zoo gering, dat de fijnste analyse deze niet met volkomen juistheid en zekerheid kan aangeven. Maar aangenomen zelfs, dat dit analytisch bezwaar niet bestond en men naauwkeurig al de beginselen welke in het ijzer en het staal vervat zijn kon bepalen, zoo zou het vraagstuk der staalvorming, met al de hulpmiddelen welke de analyse tegenwoordig kan verschaffen, nog onzekerheden van allerlei aard moeten achterlaten. Het staal nu bevat wezentlijk zamenstellende beginselen, maar ook ligchamen die vreemd zijn aan zijne zamenstelling. Daarenboven kan hetzelfde beginsel zich in het

342