„De vergiften, inde Nederlandsche pliarmacopoea niet „opgenoemd, welke de apotheker voorhanden heeft, „worden in dezelfde kast of kasten bewaard. (Art. 7 van „Wet IV).

De vraag is bij velen opgerezen , of men inde kast of kasten, bestemd voor het bewaren der vergiften , tevens andere niet vergiftige bestanddeelen mag plaatsen. Wij meenen, dat zulks inden regel niet mag plaats hebben. Het staat wel niet letterlijk inde wet, maar het ligt, dunkt ons, geheel inden geest van het bovenstaande artikel, dat de vergiften afgezonderd moeten worden bewaard, vooral indien men op de laatste alinea let, waarin bepaaldelijk wordt gewezen op nieuw ontdekte, althans inde pharmacopoea niet vermelde vergiften , die in gebruik kunnen komen. Het ongerijmde eener andere opvatting blijkt daaruit, dat men bij eene sluiting der geheele apotheek met al hare ingrediënten zou kunnen meenen aan het vereischte van art. 7 te hebben voldaan. De voorzichtigheid verbiedt daarentegen dringend, dat onschuldige stoffen naast vergiftige, bijv. zooals wij ergens zagen, carbonas kalious naast chloretum hydrargyricum, inde gesloten kast worden bewaard. Onze zienswijze eener bepaalde afzondering der vergiften blijkt ook te zijn gedeeld door den Minister van Binnenlandsche zaken, toen hij, na eene Commissie van deskundigen gehoord te hebben , voor het aanwijzert der vergiften volgen art. 7, bepaaldelijk spreekt van eene gesloten „vergiftkast” , een woord, dat ook algemeen vodr die kast gebruikelijk is en genoegzaam hare eenige bdstemming uitdrukt. Wij herinneren nog aan hetgeen wij in No. 32 van den vorigen jaargang omtrent het bewaren der vergiften opmerkten , namelijk, dat wij onze collega’s aanraden de zware vergiften ouder staat A. insgelijks met een onderscheidend teeken bijv. met een doodshoofd te voorzien, en verder, indien zij meerdere sluitbare kasten tot hunne beschikking hebben, er eene afzonderlijk in te richten voor de zwaardere vergiften, die reeds in eene geringe hoeveelheid doodelijk werken ; acidum hydrocyanicum, acidum arsenioosum, chloretum hydrargyricum, chloretum hydrargyricum et amididum hydrargyricum, oxydum hydrargyricum, cyanetum kalicum, strychninuin en strychninezouten, veratrinum. De waakzaamheid van den apotheker wordt werkelijk op eene zware proef gesteld, indien hij al de zelfstandigheden , die onder staat A en B genoemd worden, gezamenlijk in eene kast bijeen plaatst, zonder ze van eenig teeken te voorzien (en hiertoe geeft, helaas, de ministerieele dispositie vrijheid), indien bijv. chloretum bydrargyrosum naast chloretum hydrargyricum, santoninum naast strychninum kwam te staan. Wij meenen, dat elk gemoedelijk apotheker met ons inden weusch zal deelen , dat althans de zware vergiften geheel afgezonderd van de andere middelen bewaard worden en de flessohen, potten enz., die zij bevatten met een zeer kenmerkend teeken voorzien zijn, opdat bij de receptuur hun tijdelijk verkeercn buiten de vergiftkas

en op de toonbank tot geen noodlottige verwisselingen aanleiding geve. fflededeelingen. Ingezonden stukken. RABARBER. Bij de tegenwoordige duurte van de rabarber vestigen wijde aandacht op het volgende bericht dooreen der voornaamste handelaars in drogerijen aan de Pharm. Zeitung gezonden. Sinds eenige weken bieden voornamelijk Joden in Duitschland inde apotheken rabarber aan in eene hoeveelheid van s—lo kilo tegen 4—5 Thaler (ƒ7 a 8,75). Deze is echter geen Sineesche maarde zoogenaamde Engelsche rabarber, fraaie platte stukken met poeder van goede rabarber bestrooid en daardoor te bedriegelijker voor het oog. Op de breuk is deze rabarber prachtig rood; doch het gemarmerde weefsel is geheel anders, de stukken hebben veel minder scherpen reuk (weshalve zij met goed poeder bestrooid zijn), en smaken veel minder adstringeerend , dan bij echte Sineesche rabarber. Yele apothekers in Duitschland hebben zich door het fraai uiterlijk voorkomen dezer rabarber laten verschalken. VERZEGELING DER GENEESMIDDELEN. Terwijl Ae verplichting tot verzegeling der voorwerpen , waarin geneesmiddelen worden afgeleverd, die door de ïlegeering in het wetsontwerp was voorgesteld, door onze volksvertegenwoordiging is verworpen , lezen wij in Ilagers Centralhalle, dat deze verzegeling inde Duitsche apotheken is „eingebürgert”, en vinden wij daarvoor zelfs bijzondere lampen aanbevolen, op de wijze der wonderlampen of ligroinen ingericht, waarin als brandstof wordt gebruikt een destillaat, hetwelk uit het ruwe petroleum na het afdestilleeren van den petroleumaethér bij eene temperatuur van 60—110°C. overgaat, pelroleumsprit genaamd wordt en grootendeels uit benzine bestaat. Het gewone benzine uit steenkolen kan hiervoor echter niet worden gebezigd. Verscheidenheden. Acetonaemie heet eene nieuw ontdekte ziekte, die ontstaat door eene vrijwillige ontwikkeling van aceton in het organisme. Het acetón is eene zelfstandigheid, die verkregen wordt door droge destillatie van azijnzure zouten , alsmede van suiker, wijnsteenzuur, citroenzuur en andere lichamen. Volgens Dr. Cattani wordt het in het organisme voortgebracht door gisting der organische stoffen, vooral van druivensuiker. Het aceton heeft een eigenaardigen brandigen reuk, die zich bij lijders aan acetonaemie ook bij den adem openbaart. Zijne werking is gelijk aan die van aether en chloroform , zoodat zijne vrijwillige vorming in het lichaam eerst eene onnatuurlijke opwekking veroorzaakt, maar tevens de huid hare gevoeligheid beneemt en de krachten doet zinken. De acetonaemie kan doodelijk zijn, maar zij is ook voor genezing vatbaar, waartoe de afscheiding van het aceton hetzij door purgantiën , maar vooral door de urine dienen zal.