PHARMACEETISCH WEEKBLAD

VOOR NEDERLAND, ONDER REDACTIE VAN R. J. OPWIJRDA, Apotheker te Nijmegen.

Dit Blad wordt eiken Zaterdag uitgegeven bij den Boekhandelaar D. B. CENTEN te Amsterdam. Prijs per Jaargang, franco per post, ƒ 4.50.

Alle stukken, welke men in dit Blad wcnscht opgenomen te zien, gelieve men franco in te zenden aan den Redacteur te Nijmegen \66x Woensdag.

Prijs der Ad vertentien; van 1 tot 6 regels ƒ T.—, elke regel meer 15 ets,, en 10 ets. voor een N°. van het Blad. Brieven franco.

8e Jaargang.

ZONDAG 30 Juli 1871.

M°. 13.

ïfededecllngen. Ingezonden stukken. VERSCHILLENDE WIJZEN VAN VORMING VAN JODOFORM. Het jodoform is het eerst door Serullas bereid door potassium of potassa op eene alcoholische oplossing van jodium in alcohol te doen werken. Guyot heeft het verkregen door eene oplossing van jodium in kalk (bereid dooi jodium in kalkmelk te doen opnemen tot de kleur rood blijft) te doen inwerken op vluchtige oliën. Bij distillatie van terpentijnolie met de. oplossing van jodium in kalk, verdund met water, verkrijgt men eene vloeistof van een aetheerischen reuk, die uit 2, somtijds uit 3 lagen bestaat. De eerste laag is onontlede terpentijnolie, de tweede water en de derde eene oplossing van jodoform. Door rectificatie en droging over zwavelzuur, kalk of chloorcalcium verkrijgt men het jodoform zuiver. . ook andere aetheerische oliën, zooals thym-, lavendel-, citioenolie geven jodoform, indien men ze aan de inwerking der oplossing van jodium in kalk onderwerpt. Ook zelfs sommige vette oliën, zooals ricinusolie, geven hetzelfde resultaat. Indien cyaan door de alcoholische oplossing van jodoform wordt geabsorbeerd, ontstaan er volgens Saint-Èvre twee nieuwe lichamen. Gilow heeft echter bewezen, dat deze twee lichamen niets anders zijn dan jodoform, verontreinigd met paracyaan. Zwavelkoolstof toch lost hieruit het jodoform op en laat het paracyaan terug. Hlasiwetz heeft door verhitting van jodoform met sulfoeyanas kalicus in eene gesloten buis eene vluchtige olie met anijsreuk verkregen. Als bijdrage tot hetgeen onlangs over droppels in ons Weekblad geschreven is, deelen wij het volgende bericht uit de Pharm. Zeitung mede. //In de scheikunde speelde tot heden de droppelvorm der lichamen sleehts eene zeer ondergeschikte rol. Het was der scheikunde voldoende vast te stellen, of een lichaam inden vloeibaren aggregatiestaat kon worden overgebracht; vorm en gewicht der enkele droppels was daarentegen meestal zonder beteekenis. Inden laatsten tijd echter wekt de droppelvorm, ook inde scheikunde, eene aanmerkelijk hoogere belangstelling op. Volgens Quinke toch zou het mogelijk zijnde zuiverheid van gesmolten metalen en van verschillende scheikundige verbindingen (zouten enz.) te beoordeelen uit de hoogte van vlakke droppels, die zij op de eene of andere bijna horizontale onderlaag vormen. Indien de juistheid dezer beschouwing wordt bevestigd,

waarvoor vele interessante waarnemingen en proeven spreken, dan valt misschien ook inde scheikunde aan de . droppels de opmerkzaamheid ten deel, die zij steeds in de geneeskunst en pharmacie gevonden hebben. Inderdaad waren van oudsher doses in droppels van bijzondere beteekenis voor de geneeskundige en pharmaj ceutische praktijk. Er werden tabellen ontworpen voor bed gewicht van verschillende vloeistoffen inden droppelvorm en met behulp van talrijke instrumenten voor bet aftellen der droppels is het gelukt meer of minder ( het doel te bereiken, om droppels af te tellen, zooveel ( mogelijk gelijk aan grootte en gewicht. Volledig is dit doel niet te bereiken, maar ook niet al te hoog te schatten. Immers, zelfs bij de nauwkeurigste bereiding kunnen bijna alle artsenijen slechts benaderend in hare werking worden beoordeeld en moeten kleine onjuistheden bij de doseering worden geduld. Eet-, thee-, koffielepels enz. zijn zeer verschillend van grootte, en, al kan men dit vermijden door gegradueerde maatglazen te bezigen, zoo blijft bij het verschil in constitutie en dispositie van het mensohelijk organisme voor vele middelen nog genoegzame speling voor iets hoogere of lagere doseering. Het ware te wenschen, dat de aftelling van 30 en meer droppels, zooals maar al te veel door de geneesheeren geschiedt, wegviel, en door gewicht bepaald werd, hetgeen vrij wat meer zekerheid zou aanbieden. Voor geringere hoeveelheden echter kan de geneesheer blijven voortgaan eenige droppels vaneen geneesmiddel in eene artsenij voor te schrijven.” Met betrekking tot het technisch gedeelte der apothekers-examina, afgenomen door de Pharmaceutische Maatschappij in Engeland, wordt het volgende bericht gegeven. //De technische examina der apothekers zijn zoo practisch mogelijk. De recepten, die den candidaten worden voorgelegd, variëeren in aard en zijn afkomstig uit apotheken, alwaar zij werkelijk voorgeschreven en gereed gemaakt zijn. De geschiktheid, om recepten te lezen, is ontegenzeggelijk eene der noodzakelijkste hoedanigheden des apothekers en wordt derhalve in alle examina bijzonder in het oog gehouden. De meeste candidaten kunnen gewoonlijk recepten correct genoeg lezen, waaruit men mag opmaken, dat zij ze ook goed zullen kunnen gereed maken. Slechts weinige blijken . met de latijnsche taal niet genoegzaam vertrouwd te zijn om recepten te lezen, waarin ongewone uitdrukkingen voorkomen, of om latijnsche gebruiksaanwijzingen goed te kunnen vertalen. Behalve recepten werd aan de candidaten een met groote zorg uitgezocht aantal van