I4e Jaargang. 14 October 1877. jf24

PHAMACEDTISCH WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Voor Apothekers en Apotheekhoudende Geneeskundigen.

REDACTEUR: B. «F. OFWUBDA, te Nijmegen. Prijs per Jaargang, franco per post, f 4,50. Advertentiën: van I—ó regels f 1,—, elke regel meer en 10 Cts. voor een N°. van het blad. \ Een Abonnemenfs-tarief is op aanvrage verkrijgbaar. Bij dit Blad behoort een Bijvoegsel. Medcdcdiugcn. Ingczoudcu stukken. BIJEENKOMST TOT HET BEHANDELEN EN VASTSTELLEN DEE STATUTEN VOOR HET PENSIOENFONDS VOOR APOT/lEKERS-ADSISTENTEN op Zondag 21 October a.s. des middags te half één ure in het gebouw van het ALGEMEEN ZIEKENFONDS inde Beulingstraat, te Amsterdam. Bij dit nommer ontvangt men als Bijblad het door de daartoe gekozen Commissie opgemaakte Conoept-reglement voor het genoemde fonds. Wij verzoeken dit concept met aandacht te lezen en te overwegen. Wenscht men veranderingen in of amendementen op een of meerder artikelen voor te stellen, dan wordt men verzocht deze op de blanoozijde aan te teekenen, en het zou den geregelden gang der werkzaamheden zeer bevorderen en bespoedigen, indien men de voor te stellen amendementen inden loop dezer week, althans vóór de vergadering, hetzij bij de Commissie hetzij bij den ondergeteekende, geliefde in te dienen, Opwijrda. LEVENSMIDDELEN. METHODEN TOT ONDERZOEK OP HUNNE DEUGDELIJKHEID. I. Wij openen hiermede eene rubriek, waarin wij datgene zullen opnemen wat omtrent dit onderwerp aan buitenlandsche tijdschriften, aan eigen ondervinding of aan raededeelingen van anderen door ons kan ontleend worden. Het onderzoek op de vervalsching van levensmiddelen ligt geheel binnen den pharmaceutischen kring, dewijl de artsenijmiddelen, die aan het voortdurend nauwgezet onderzoek der pharmaceuten onderworpen zijn, dicht aan de levensmiddelen grenzen en men van de pharmaceuten in het bijzonder hier ijver en geschiktheid kan verwachten. Om echter dit onderzoek doel te doen treffen, is de kennis van vastgestelde methoden noodig, zooveel moeilijker te vinden, omdat vervalschingen hier soms zoo geheel ongewacht en ongedacht te voorschijn treden. De Duitsche Eijkskanselier verwonderde zich over het volkomen gebrek aan systematische methoden voor dit onderzoek. Elk gaat zijn weg en daardoor is het te vreezen, dat soms geheel uiteenloopende uitspraken verkregen worden. Inden regel zal men eene opzettelijke grove vervalsching vrij gemakkelijk vinden. Moeilijker echter is het den //norm” aan te geven van deugdelijkheid, en toch daar

UITGEVER D. B. CEIVTKiV, te Amsterdam. De stukken, welke men wenscht opgenomen te zien, worden ui terlijk Woensdag morgen verwacht bij den Redacteur. De Advertentiën uit er lijk Vrijdag avond bij den Uitgever. | moet het heen, want scheikundige zuiverheid te verlangen ia hier nog veel minder doenlijk en praktisch dan bij het onderzoek van pharmaceutische praeparaten. Daarom plaatsten wij hierboven met als opschrift: //Onderzoek op vervalsohingen,” maar //Onderzoek op deugdelijkheid.” In deze richting is men in Engeland inden laatsten tijd bezig en uit de raededeelingen van Hassall ontleenen wij voornamelijk de volgende bijzonderheden. Melk (Koemelk). Eene van de lastigste onderzoekingen om afwijking van den normalen staat te bepalen, is die van melk. Volgens de opgave van Wanklyn heeft goede melk de volgende samenstelling: vet 3,50- 4,00% vaste bestanddeelen . , . 13,17 13,20% (nadat het vet van de melk weggenomen is . . , 10,4%) * melksuiker ...... 4,53% caseïne 4,20% water 88,80—86,90% asch f . . 0,67% Vooral het botergehalte is inde melk zeer afwisselend, zijnde afhankelijk van het voeder, van den ouderdom, van het ras der koe, van het meer of minder maal dagelijks melken enz. Het soortelijk gewicht, hetwelk met het botergehalte in verband staat, kan dus geen beslissing geven; het wisselt af tusschen 1.039 en 1.033. Wordt de boter gedeeltelijk uit de melk verwijderd, dan stijgt het soort, gewicht; voegt men water bij zulk eene voor een deel van vet beroofde melk, dan daalt weder het soortelijk gewicht, omdat water soortelijk lichter is dan melk. Hieruit blijkt, dat de bepaling van het soortelijk gewicht zoo goed als niets beteekent, indien het aankomt op het onderzoek eener verdunning van melk met water. Uit het bovenstaande blijkt tevens, dat de cremometer, gegrond op de afscheiding der boter en de afmeting in volumen, evenmin als de gewichtsanalyse voor de bepaling van het botergehalte zekerheid verschaft. Het is W. gebleken, dat de methode tot het onderzoek op deugdelijkheid van melk moet gericht zijn op de van boter bevrijde of afgeroomde melk. Eeeds het soortelijk gewicht is hier eenigszins constanter (1,034—1,038), maar vooral het gehalte aan vaste bestanddeelen levert een vast punt van aanknooping. Het is bij een tal van onderzoekingen gebleken, dat de hoeveelheid vaste bestanddeelen, melksuiker, caseine, albumine en zouten nooit beneden het cijfer 9,4% gaat, zelfs niet bij melk, welke door koeien onder de armoedigste en ongunstigste omstandigheden geproduceerd wordt. Eene goede melk levert gemiddeld 10,4%- Tot het vaststellen van dit cijfer even boven het minimum, zal men gerust kunnen besluiten, omdat de melk uit den handel meestal een mengsel is van melk van verschillende koeien en ook, omdat bij het vaststellen van het laagste cijfer aan de melkverkoopers de gelegenheid gegeven wordt, om inde meeste gevallen straffeloos hunne melk,