gevlekt aanzien krijgt. Bij de verdere ontwikkeling van het blad groeien nu de niet-beleedigde gedeelten aanvankelijk door, terwijl de gewonde plekken als het ware dood zijn, spoedig bruin worden en de groei daarin geheel gestoord is. Het gevolg hiervan is, dat de bladeren en jonge toppen een gekrulden of gebogen vorm krijgen, langzamerhand ineenschrompelen en zwart worden, en wanneer de meeste jonge toppen aangetast zijn, zooals gewoonlijk het geval is, houdt de groei der planten eenigen tijd op, totdat zich nieuwe uitloopers uit de schijnbaar doode toppen hebben ontwikkeld. Bij bevruchte vrouwelijke individu’s van dit insect worden tot 14 eieren aangetroffen, die wit zijn, ongeveer l'U m.m. lang, eene langwerpigronde gedaante hebben en aan het breedste uiteinde voorzien zijn van twee draadvormige aanhangsels. Het wijfje legt met hare legboor drie eieren onder den bast der jonge takken. Ze zijn meestal moeilijk te vinden, daar het ei geheel in het plantenweefsel verborgen ligt en slechts de zeer kleine, draadvorvormige aanhangsels naar buiten uitsteken. De strijd tegen deze dieren is moeilijk door hun groot aantal. Men hoopt inde vogels inde kinatuinen bondgenooten te vinden, zoodat reeds sedert geruimen tijd het jagen op vogels aldaar verboden is. Ook het uitsnoeien en verbranden der bruin gevlekte jonge takken, waaraan de eieren voorkomen, is aangewezen. AMANDELOLIE. Tot herkenning van de echtheid van amandelolie en van vervalsching met andere oliën worden door Bieb er de volgende reacties opgegeven met een mengsel van gelijke gewichtshoeveelhe. den geconcentreerd zwavelzuur, rood rookend salpeterzuur en water. 5 Deelen der te onderzoeken olie geven met 1 deel van het zuurmengsel: zuivere amandelolie: een zwak geelachtig-wit liniment; perzikpittenolie: dadelijk eene perzikbloesemroode kleur, later eene donkere oranje-kleur; sesamolie: eerst eene bleek-geelroode, later eene vuil oranjeroode kleur; papaver- en notenolie; een liniment een weinig witter dan bij amandelolie. Ook salpeter alleen kan als reactief dienen. 5 Deelen olie met zuiver salpeterzuur van 1,40 soort, gewicht vermengd, geven: amandelolie; een bleek geel liniment; perzikpittenolie: dadelijk een rood liniment; sesamolie: een vuil groenachtig-geel, later roodaohtig mengsel; papaver- en notenolie; een geheel wit liniment. Met het mengsel van salpeterzuur en zwavelzuur kan men reeds de aanwezigheid van 5 pet. perzikpitten- of sesamolie in de amandelolie zonder eenigen twijfel herkennen. Door opzettelijk mengsels te maken van amandelolie en perzikpittenolie van 10—10 pet. kan men het verschil in kleur gemakkelijk nagaan. Perzikpittenolie en sesamolie worden door salpeterzuur van elkander onderscheiden. De proeven werden genomen met amandelolie uit zoete en bittere amandelen, met oude zoowel als versch uitgeperste; het resultaat bleef hetzelfde. Inde vergadering van het Verein der apothekers te Berlijn op 35 Sept. 1.1. kwam deze reactie ter sprake. De resultaten van Bieber werden door Dr. Lehmann bevestigd; alleen bij sesamolie verkreeg hij met salpeterzuur van 1,40 niet aanvankelijk eene groengele maar dadelijk eene roodachtige kleur. Daarbij werd ook door anderen uitgesproken,-dat inden tegenwoordigen handel veelvuldig perzikpittenolie in plaats van amandelolie voorkomt en dat men zich dus gelukkig mag rekenen nu een goed kenmerk tot onderscheiding te bezitten. Wij noodigen onze collega’s uit het reagens te beproeven en ons hunne bevindingen mede te deelen. Nog kwam in deze vergadering ter sprake in hoever er verschil bestaat tusschen de vette olie van zoete en die van bittere amandelen. Riekher heeft in het Pharmaceut. Jahresbericht dit verschil zoo groot geacht, dat hij het doelmatig heet voor inwendig gebruik alleen de olie uit zoete amandelen te bezigen, terwijl de olie, die uit bittere amandelen als bijprodukt verkregen wordt, slechts _tot uitwendig gebruik bestemd zou moeten worden. Ook Hager houdt beide oliën voor niet volkomen identisch. Hij zegt (Commentar, 11, blz. 453); nDe vette olie uit de zoete amandelen behoort tot de zuiver vette oliën, niet die uit de

bittere amandelen, welke zich minder goed houdt bij het bewaren, dewijl zij hoofdzakelijk uiteen glyceride bestaat, hetwelk geen elaïdine doet ontstaan.” Teichmann sprak het verschil tusschen de oliën tegen. Lehmann daarentegen bevestigde het volkomen. Hij meent, dat de vette olie uit de zoete amandelen verre de voorkeur verdient, dewijl zij veel minder dik vloeibaar en rans wordt dan de vette olie uit bittere amandelen, zoodat men dan ook inde nijverheid steeds de olie der zoete amandelen kiest, om zeer fijne deelen aan machines,-horloges enz. te smeren. De zaak is van temeer beteekenis, omdat in onze Pharm. evenals inde Germanica vrijheid gelaten wordt //om Oleum amygdalarum uit zoete of bittere amandelen te bereiden.” Om salicylzuur in stropen, oplossingen van extracten, dranken enz. aan te wijzen, laat men, volgens Hager, de vloeistof op het waterbad verdampen, ten einde een misschien aanwezig spiritusgehalte te verwijderen, voegt bij hetgeen er achterblijft verdund zwavelzuur in groote overmaat, om de massa niet alleen voldoende vloeibaar maar ook sterk zuur te maken, en schudt de vloeistof met aether, die het vrij salicylzuur oplost. Men kan het zuur op deze wijze ook quantitatief bepalen. Wij voegen hierbij, dat, hoe nuttig het salicylzuur ook moge blijken als bederfwerend middel, de pharmaceut o. i. volstrekt geen recht heeft het tot bewaring van geneesmiddelen, bijv, stropen te bezigen, omdat deze daardoor geheel en al van den norm zouden afwijken en bij vermenging met andere lichamen vreemde verschijnsels vertoonen. Men stelle zich bijv. voor eene mixtuur, waarin solut. ohloreti ferrioi en salicylzuur bevattende syrupus althaeae voorkomt, De mixtuur zou onmiddellijk violet worden. Yan de vier candidaten voor het apothekers-examen te Leiden zijn drie afgewezen, e'én toegelaten, bij name de heer J. Ponne, geb. te Heereveeu. Bij het voortgezet praktisch hulp-apothekers-examen zijn drie candidaten afgewezen, twee toegelaten, bij namen de heeren P. Leendertz Jr., geb. te Arnhem, en J. van der Schalk, geb. te Schiedam. De Minister van Binnenlandsche Zaken brengt ter kennis van belanghebbenden, dat inde maand December e. k. gelegenheid zal worden gegeven tot het afleggen der examens, vermeld in art. 9 der wet van 1 Junij 1865 (Staatsblad n°. 59), ter verkrijging eener acte van bevoegdheid als apotheker in art. 16 vermeld. Dag en uur dier examens zullen nader worden bekend gemaakt. Zij, die tot die examens weuschen te worden toegelaten, moeten daarvan vóór 30 November e. k, schriftelijk opgave doen aan den voorzitter der commissie van examen, den hoogleeraar dr. W- F. R. Suringar te Leiden, en bij hun verzoek het bewijs voegen, dat zij minstens twee jaren als hulpapotheker binnen het Koningrijk zijn werkzaam geweest. Persoonlijke aangelegenheden. 9 October overleden de heeren E. Aldenhoven, apotheker te Amsterdam, inden ouderdom van ruim 74 jaar ;en M. P. H. Gillemans, apotheker te Breda, inden ouderdom van ruim 61 jaar. In plaats van dr. G. van Overbeek de Meijer, tot hoogleeraar inde hygiëne te Utrecht benoemd, heeft Z. M. den adjunctinspecteur voor Noord-Brabant en Limburg, H. L. Verspijok, benoemd tot inspecteur voor het geneeskundig staatstoezicht voor Gelderland en Utrecht. Openlijke correspondentie. F. H. Met voldoening vernamen wij het blijk van belangstelling van eenige Hollandsohe jongelui, werkzaam in apotheken te Parijs, en houden ons voor de beloofde mededeelingen aanbevolen. Het Adresboek wordt in dit No. niet vervolgd. VERBETERING IN HET PHARM. ADRESBOEK. Blz. 18 is verzuimd onder Veenhdizen (Eijks-gestichten) boven P. Visser enz. het woord //Apotheker” te plaatsen. Advertentie». Voor de vele bewijzen van deelneming, van hier en elders ontvangen bij het overlijden van onze innig geliefde tweede Dochter CHRISTINA ALIDA, betuigen wij en onze kinderen onzen HARTELIJKEN DANK. J. J. ROMPELMAN. A. G. ROMPELMAN— Breve. Amsterdam, 13 Oct, 1877.