dat het acid. mucicum, afkomstig van dulcine eveneens acid.para-tartaricum oplevert. Dessaignes heeft aan ’tlicht

gebragt, dat het acid. hydrochloricum onder den invloed eener voortgezette koking het regtsdraaijend acid. iartaricum omzet in acid. para-tartaricum; Carlet wilde zich overtuigen of het salpeterzuur , onder de verhoudingen zijner experimenten niet eene dergelijke werking zou uitoefenen: met dit doel heeft hij kokend en verdund salpeterzuur laten inwerken op 10 gm. regtsdraaijend acid. tartaricum. Dagelijks is de koking gedurende 5 a 6 uren voortgezet, terwijl van tijd tot tijd water en salpeterzuur werden toegevoegd, ter compensatie van hetgeen verdampt was; de bewerking heeft op die wijze 5 weken geduurd, na welk tijdsverloop zelfs niet het geringste spoor van gevormd acid. para-tartaricum kon worden ontdekt. Overigens brengen mannite, dulcine en acid. mucicum acid. para-tartaricum voort, geheel vrij van regtsof Zmis-draaijend zuur, hetgeen zeker geen plaats zou hebben, indien dit zuur afkomstig was van eene inversie, gelijk aan die, welke acid. hydrochloricum voortbrengt. Wat het acid. saecharicum betreft, zoo heeft het Carlet aan tijd ontbroken, om het in acidum tartaricum over te voeren, doch hij heeft bewezen, dat dit zuur, met behulp van rietsuiker bereid, eene regtsche rotatie bezit, hetgeen nog niet inde wetenschap vermeld is, bij zijn weten. Het is daarom waarschijnlijk , dat de mannite, dulcine of andere inactieve zelfstandigheden een inactief isomerisch ligchaam zullen opleveren, dat in dezelfde betrekking zal staan tot regtsdraaijend acid. saecharicum als acid. para-tartaricum tot acid, tartaricum; welligt dat acid. mucicum dit isomerisch ligchaam is. Niettemin is het zeer opmerkelijk dat het acid. paratortaricum, vroeger zoo moeijelijk te verkrijgen, door derivatie van vier verschillende stoffen kan worden daargesteld, die allen inactief zijn op het gepolariseerde licht, te weten: dulcine, mannite, acid. mucicum door behandeling met salpeterzuur en acid, succinicum door overvoering in acidum bibromo-succinicum. (Repertoire de Pkarmacie, Sept, 61.)

72