onder het mikroskoop kan zien, volstrekt met geene verandering van vorm verbonden. De eenmaal grijs geworden massa’s worden door geen middel zwart. 2. Inwerking der metalen en van den galvanischen stroom op vast chlor-, hrom- en iodzilver. Vochtig chlor-, brom- en iodzilver op een stuk geamalgameerd zink gelegd of tussehen de polen eener Galvanische batterij gebragt, wordt zeer spoedig gereduceerd. Men bemerkt bij aanwending van kleine hoeveelheden, dat de reductie van buiten naar binnen voortgaat ,en dat, nadat ze geëindigd is, de oppervlakte van het stuk steeds eene donkerder kleur bezit, dan de binnenvlakte. De eerste is zwartgrijs bij chlorzilver, donker fluweelzwart bij brom- en iodzilver, terwijl het laatste bij alle drie lichtgrijs is. Deze donkere kleur der oppervlakte verandert niet met zuren. Deduceert men grootere massa’s der genoemde zouten inde poreuse cel eener Galvanische verbinding, zoo vertoont zich in ’t begin rondom dein het zilverzout gedompelde negatieve pool een donkere rand, welke langzamerhand naar den rand der cel voortgaat en eindelijk verdwijnt, zoo dat men bij aanwending van chlorzilver en bromzilver gelijkvormig grijs gekleurde zwammige massa’s bekomt. De uit iodzilver bekomen grijze massa vertoont echter eene donkerder kleur der oppervlakte, die zij na de drooging behoudt, terwijl de uit brom- en chlorzilver bekomen zilvermassa s , gedroogd zijnde , gelijkvormig lichtgrijs gekleurde, matte, poreuse stukken vormen. Onder het mikroskoop vertoonen deze soorten van zilver een uiterlijk, dat wezenlijk onderscheiden is van het uit zilveroplossingen bekomen regelmatig boomvormig zilver. Men ziet geene naalden en volstrekt geene vedervormige gedaanten, maar alleen afzonderlijke korrels van verschillende grootte, die deels afzonderlijk liggen, deels onregelmatig tot vlokken opeengehoopt zijn. Het geheel bezit dikwijls volkomen het uiterlijk eener amorphe massa. Onderscheidene echter der grootere korrels vertoonen onvolkomen vier- en zeszijdige spleten. Deze en onderscheidene overeenkomsten met het door ijzervitriool uit zilveroplossingen gepraeeipiteerde dui-

303