M 2.

■AANDELIJKSCH BIJVOEGSEL ten behoeve van Apotheekhoudende Geneeskundigen.

ACIDUM THOSPHORICUM. Phosphwrzuur. 1. Eene heldere kleurlooze vloeistof van sterk zuren doch niet bijtenden smaak. 2. Het maatfleschje van 30 gram moet 48 gram in gewicht zijn toegenomen, indien men het geheel of tot het aangewezen teeken met acidurn phosphoricum gevuld heeft. 3. Na verhitting ineen platinaschaaltje moet er eene glasachlige massa achterblijven. 4. Voegt men bij het acidum phosphoricum ammonia liquida, totdat rood lakmoespapier, inde vloeistof gedompeld, sterk blauw wordt, dan mag de vloeistof geene troebeling of eenige verandering vertoonen. Men heeft dit praeparaat soms ook wel Acidum phosphoricum dilutum geheeten, om het te onderscheiden van het normale zuur, dat ook den naam van Acidum phosphoricum crystallisatum seu glaciale heet. Het Acidum phosphoricum onzer Pharm. bevat op de 100 gewichtsdeelen 26 gewichtsdeelen van het gekristalliseerde zuur. Wordt Acidum phosphoricum crystallisatum of glaciale voorgeschreveu, dan kan men bij gebreke hiervan het Acidum phosphoricum der Pharm. bez:gen, iudien men het voorgeschreven gewicht van het gekristalliseerde zuur met 4 (nauwkeuriger met 3,85) vermenigvuldigt. In pillen brengt men dan met zoethoutpoeder tot massa. Hoofdkenmerk. Het wit kristallijn praecipitaat, hetwelk ontstaat, indien men, na neutralisatie met ammonia liquida, eene oplossing van sulphas magnesicus bij voegt. t ACIDUM SALICYLICUM *). Salicylzuwr. De zuiverheid van dit nieuw geneesmiddel en desinfectans wordt door het voldoen aan de volgende kenmerken bewezen. 1. Een los wit kristallijn poeder of eene opeenhooping van kleine kleurlooze kristallen, die soms eene zwak gele tint vertoonen, reukeloos zijn of een zwakken geur overeenkomstig de bloemen van Spirnea Ulmaria openbaren. 2. De kristallen moeten moeilijk oplosbaar in koud water zijn (1 deel in 700 deelen), beter in kokend water, volkomen in 8 deelen spiritus. 3) Bij verhitting smelten zij, en beginnen spoedig te sublimeeren, hetwelk men duidelijk bemerkt, indien de verhitting voorzichtig in eene droge reageerbuis geschiedt. Bij sterke verhitting op platinaplaat moet het praeparaat geheel vervluchtigen of hoogstens een zeer geringen zwarten aanslag achterlaten. Hoofdkenmerk. De donker violette kleur, die ontstaat, indien men een paar droppels solulio chloreti ferrici bij de oplossing voegt. ACIDIUM TARTARICUM. Wijnsteenzuur. 1. Tamelijk groote kleurlooze kristallen, gemakkelijk oplosbaar in water en spiritus. 2. De kristallen mogen aan de lucht niet vochtig worden. 3. Voegt men bij de oplossing zwavelwaterstofwater, dan mag er geen kleuring worden waargenomen, ook dan niet, wanneer er verder ammonia liquida bijgevoegd wordt. *) De met f getcekende middelen komen niet voor inde Pharm. Neerl,

Hoofdkenmerken. De eigenaardige reuk naar gebrande suiker bij verhitting der kristallen ineen porseleinen schaaltje en de kristallijne troebeling, die er ontstaat, indien men bij de oplossing van het zuur in water eene oplossing van carbonas kalicus voegt. AETHER. Aether. . (Van ouds met den oneigenlijken naam Aether swlphuncus, zwavelaether, bestempeld). 1. Heldere, kleurlooze, sterk doch aangenaam riekende vloeistof, die, op de huid uitgestort, eene aanmerkelijke koude te weeg brengt en zeer spoedig vervluchtigt. 2. Blauw lakmoespapier inde vloeistof gedompeld, mag geen verandering ondergaan. 3. Wanneer het maatfleschje van 30 gram geheel of tot het aangewezen punt met aether gevuld is, mag het gewicht niet meer dan 21,75 gram toegenomen zijn. Bij het gebruik van aether zij men reeds omzichtig, dat geen vlam inde nabijheid zij wegens de brandbaarheid van den aetherdamp, die veel (meer dan 2£ maal) zwaarder dan de lucht is. AETHER CUM SPIRIÏXJ. Aether met spiritus. (Veel meer bekend onder den naam van Aether sulphuricus alcoholicus of van ouds Liquor anodynus mineralis Hoffmanni, mineraal pijnstillend vocht van Hoiïmanu, Hoffmann’s droppels.) Een mengsel van gelijke gewichtsdeelen (niet volumina) aether en spiritus rectificatissimus. Door middel van het aetherbuisje wordt bepaald of het praeparaat de voldoende hoeveelheid aether bevat. Bij schudding met een gelijk volumen water, mag het volumen van liquor Hoffmanni niet meer dan 6/io in volumen verminderen. Bij gemis aan een aetherbuisje kan men de proef benaderend nemen met het reageerbuisje, hetwelk wij bij Aether aceticus beschreven. Men hecht inde ruimte tusschen de 2 strookjes papier juist in het midden nog een klein strookje papier vast, vult eerst tot het benedenste streepje met water en verder tot het bovenste streepje met liquor Hoffmanni. Men sluit de opening der buis met den duim, schudt goed door en laat dan het mengsel in rust komen. Bij liquor Hoffmanni, hetwelk de voldoende hoeveelheid aether bevat, zal even boven het kleine strookje in het midden duidelijk de afscheidingslaag der vloeistoffen worden waargenomen. Verschijnt deze laag ver boven het kleinste strookje of in het geheel niet, dan bevat de liquor Hoffmanni te weinig aether. ALOË. Aloë. De aloë, die men gewoonlijk gebruikt, is de Kaapsche, Aloë Capensis. Zij kenmerkt zich door eene bruinzwarte kleur, doorschijnendheid der randen op de doorbraak, citroen- of goudgeel poeder, reuk naar mjrrhe, uiterst bitteren smaak, volkomen oplosbaarheid in kokend water en in spiritus. Tinctura aloës is eenvoudig eene oplossing van 1 deel aloë in 8 deelen spiritus van 0,908 tot 0,910 of ongeveer 15° van den pharmaceutischen areometer. Tinctura aloës composita, hot ouderwetsche Elixir proprieiatis Paracelsi is een mengsel van gelijke deelen linctura aloës, Tinctura myrrhae en Tinctura croci. RADIX ALTHAEAE. Heemstwortel. Lange rolronde witte stukken vau een eigenaardigen reuk en flauwen, zeer slijmerigen smaak. In plaats van het gewoonlijk in gebruik zijnde decoctum radicis althaeae is het veel beter een aftreksel van radix althaeae met heet water (infusio radicis althaeae) te bereiden, dat even goed slijmig is en langer goed blijft.