UITTREKSELS UIT BINNEN- EN BUITENLANDSCHE TIJDSCHRIFTEN. Chemie, pharmacle, pliarmacognosle.

Onderzoekingen omtrent de rotting; door L. Pasteur. {Medegedeeld aan de Académie des Sciences te Parijs inde zitting van 39 Juni] 1863.) Wanneer dierlijke of plantaardige zelfstandigheden vrijwillig , onder ontwikkeling van stinkende gassen ontleed worden , wordt zulks met den naam van verrotting bestempeld. Wij zullen zien, dat deze definitie in tweederlei opzicht valsch is; zij is te algemeen, dewijl zij wezenlijk onderscheiden verschijnselen tot elkander doet naderen , en zij is tevens te beperkt, dewijl zij andere daarvan verwijderd, welke van gelijken aard en gelijken oorsprong zijn. Het belang en het nut, die eene naauwkeurige studie der verrotting aanbieden zijn, niet opgemerkt geworden. Men heeft sedert lang gehoopt, praktische besluiten uit deze verrotting te kunnen trekken, voor de onderkenning der ziekten , namelijk voor die welke de oudere geneeskundigen met den naam van rotkoortsen bestempelden. Deze meening bezielde den beroemden Engelsche geneesheer Pringle, als hij zich in het midden der vorige eeuw met de septische en antiseptische zelfstandigheden bezig hield, met het doel waarnemingen op te helderen , die hij over de ziekten der legers gemaakt had. Ongelukkig heeft het walgelijke, dat aan deze soort van onderzoekingen verbonden is , alsmede 3e S. 5e J. 21