de rue de la Brazillerio kou aankoopen. Men ziet het, de namaker is n’et van gisteren ontstaan, en de zaken liepen in 1667 voor hem , zoo ais zij tegenwoordig nog hun gang gaan; eene strenge veroordeeling beloonde zijne eerlijke p°' gingen om geld te verdienen. Het was zonder twijfel dit incident dat de Carmeliters der rue de Vaugirard den wensch deed koesteren, om hun eigen’ dom door authentieke en uitsluitende titels te bevestigen. De abt Pr enne de Saint-Mirieu, superior van dit klooster boodt den koning den 10 September 1681, een verzoek' schrift aan, bevattende eene memorie, waarin in het breede al de hartsterkende eigenschappen van het Eau des Carm®9 werden opgesomd en waarvan den eigendom aan het klooS' ter dooreen koninklijk en in zijn raad besloten patent mogt verzekerd worden. Bodewijk XIY antwoordde ni®t onmiddellrjk op dit smeekschrift; het was niet dan 1709 dat eene vrij opmerkelijke omstandigheid zijn aandacht op het Eau des Carmes gevestigd hebbende, deze geeste lijken daarvan gebruik maakten om het patent, dat hnn klooster reeds gedurende meer dan dertig jaren verzochten» te verkrijgen. Het was inden schoenen tijd van de reistogtjes van Marly (1). Op de dagen van Marly verdrongen de groot® heeren zich op de trap der kapel , om het groote voorregt te bejagen zich door het spel te komen ruineren; vervol' gens werden de uituoodigingen rondgezonden, en de koning vertrok dan, een dozijn prinsessen van den bloede 0 begunstigde dames in zijn karos medenemende. üeze manier van reizen was niets minder dan aang® naam voor deze, dames, tredrongeu , tegen elkander gehotst» inden winter half bevrozen, inden zomer door de z°° geblakerd, doornat van den regen of half stikkende do°* het stof, want Zijne Majesteit, vaneen sterk geate zijnde, zoodat hij nimmer door koude of hitte werd aa° (1) Marly-Le-Eoy, een bekend landelijk stadje waar het hof t°ell maals des zomers dikwijls heentrok. (H.)

152