Ingevolge dit alles wordt aan de Commissie van //Eigen Hulp” de ongevraagde raad gegeven zich niet verder met dezen tak van geneeskundige hulp in te laten. Eamielje-recepten worden nog vaak met heiligen eerbied bewaard, al komt het bij nader onderzoek uit, dat de bestanddeelen in niets afwijken van hetgeen door de geneeskunst tegen de eene of andere kwaal beproefd is of wordt. Zoo blijkt de Groothertogin van Mecklenburg-Schwerin een recept tegen epilepsie te bezitten, hetwelk inde hof-apotheek te Schwerin bereid wordt. Vroeger kon men het op franco aanvraag kosteloos verkrijgen, thans echter is dit niet meer het geval; die het middel verlangt, moet het op zijne kosten in de apotheek laten gereed maken, De vele aanvragen maakten dit noodig. De verzending bestaat uit 34 poeders en een glas meibloemenwater. – Prof. Himly te Kiel heeft het middel onderzocht en samengesteld bevonden uit 91,33 deelen pulvis radicis paeoniae en 8,77 deelen carbonas calcieus. Eeeds Galenus gaf paeoniawortel tegen epilepsie. Later werd de wortel tegen _ hysteerie en zenuwziekten aanbevolen, maar verloor reeds inde vorige eeuw het vertrouwen. Hufeland bezigde hem nog als pijnstillend en krampwerend middel bij kinderen; thans echter is hij als onwerkzaam geneesmiddel geheel obsoleet.- Het zou zeker niet zonder beteekenis zijn te weten door welke reacties Prof. Himly bij zijn onderzoek tot de zekerheid gekomen is van paeoniawortel. Het blijkt, dat onder de Italiaansche pharmaceuten eene levendige beweging bestaat tot het verkrijgen van meerdere eenheid en betere regeling. De voorzitter der //Associazione chimico-farmaceutica di Eirenze” heeft alle overige apothekersvereenigingen in Italië tot eene bijeenkomst opgeroepen, om eene algemeene vereeniging op te richten. Dewijl nog niet alle antwoorden toestemmend zijn, moet het plan waarschijnlijk nog uitgesteld worden. Tot ons kwam het verzoek van genoemden voorzitter (dott. G. Guaineri, Chimico-Earmacista) om hem de wetten toe te zenden, die de uitoefening der artsenijbereidkunst in ons vaderland regelen, ten einde eene vergelijkende studie te maken met de sanitaire wetten van verschillende natiën. linguentum vaselini plumMcum. $ : empl. plumbi, vaselini aa 100,0. Coque c. aq. (30,0); adde 01. lavandulae 1,500. M. f. unguentum. De bereiding is ons het best gelukt, door het empl. plumbi met de vaseline onder toevoeging van het water te smelten en dan tot koud worden te roeren. Er ontstaat eene gelijkmatige zalf. Kuchen te Aken heeft eene zoogenaamde veiligheidsmelhlcan vervaardigd, om vervalschingen der melk gedurende het vervoer te verhinderen. Men kan uit deze melkkan de melk wel tot den laatsten droppel schenken maar er geen water of iets anders inbrengen. Het denkbeeld is uiterst eenvoudig. In het blikken hoofddeel of deksel eener gewone melkkan, hetwelk voor de vulling der kan afgenomen, doch na het weder opzetten dooreen goed hangslot bevestigd kan worden, bevindt zich eene geelkoperen klep, die zich naar buiten opent. Neigt men de kan, om de melk uitte schenken, dan opent zich de klep en laat de melk uitvloeien. Wilde men echter water ingieten, dan zou men natuurlijk de kan rechtop moeten houden, waarbij de klep zich door haar eigen gewicht zou sluiten en het toetreden van het water bij de melk geheel beletten. Dr. de Vrij maakt ons opmerkzaam op eenige fouten inde cijfers van het bericht over de kinakultuur te Sikkim (ontleend aan het Pharm. Handelsblatt) in het

vorig nommer. Het rapport van den directeur dr. King loopt niet over de jaren 1866—1877 maar over het jaar 1876—1877, eindigende 31 Maart 1877. De juiste cijfers zijn volgens het officieel rapport: opbrengst van het begin tot uit. Maart 1876 331,336 Eng. ponden. dito van 1 April 1876 tot uit. Maart 1877 307,781 // « dito van 1 April 1877 tot uit. Maart 1878 330,000 // » 849,017~ // // of ongeveer 385,114 kilogram. (105,737 kilogram op den eersten regel van de 3de kolom der 3de blz. in het vorig nommer moet zijn: 100,737). De laatst geoogste 330,000 Eng. ponden zijn geheel bestemd ter bereiding van quinetum in Indië. Sikkim is eene landstreek gedeeltelijk direct onder Britsch-Indisch bestuur, gedeeltelijk nog onder inlandsch bestuur. Het eerste gedeelte wordt Britsch Sikkim genoemd, waarvan de hoofdplaats Dargeeling is. De kinaplantsoenen zijn eigenlijk te Eungbee mede in die provincie gelegen. Het aantal apotheken bedroeg in Erankrijk in 1866; 5,661, in 1877: 6,333 en is dus in het tijdperk van 11 jaren met 471 toegenomen. Gemiddeld kan men stellen 1 apotheek op 11,500 inwoners. In Erankrijk is meel onderzocht, hetwelk roode strepen vertoonde, die bij onderzoek bleken uit anilinerood te bestaan. Het vreemde voorkomen dezer kleurstof is verklaard door het gebruik van anilineroodbevattenden inkt, die tot het merken der meelzakken gebezigd en tot het meel doorgedrongen was. Zoo ook heeft men groene strepen in eene andere soort meel ontdekt, die koperhoudend bleken te zijn, insgelijks ontstaan door het gebruik vaneen koperbevattenden merkinkt. Inde vergadering van de Sociétc de pharmacie te Parijs van 3 Juli j. 1. deelde dr. de Vrij mede, dat volgens zijne onderzoekingen de alcaloïden zich inde kinabasten inden staat van quinotannaten bevinden, oplosbaar in koud water door het vrije kinazuur, dat zich inde basten bevindt. Uit Hamburg wordt bericht, dat de aanmerkelijke stijging van den kinineprijs deels het gevolg is van het enorme kinine-verbruik van het Engelsche leger in Cyprus. Het onderzoek van lijkeudeelen, verricht door Prof. Hum ly, bij vergiftiging door verwisseling van Pulvis liquiritiae compositus (Borstpoeder) met pulvis nucis vomicae, leverde de volgende resultaten. Bij het doorzoeken van maag, maaginhoud, slokdarm en inhoud van twaalfvingerigen darm werden overal de overblijfsels der fijne haartjes, die de nux vomica omgeven, onder den microscoop door aanwending van het gepolariseerde licht ontwijfelbaar waargenomen. Deze hebben namelijk de eigenschap het licht zoo uitstekend te polariseeren, dat zij bij gekruiste nicols, dus in het donker gezichtsveld, zoowel bij daglicht alsook en bijna nog sterker bij lamplicht met schitterende helderheid lichten, terwijl de overige niet polariseerende maagcontenta enz. voor het oog verdwijnen. Ook braaknootpoeder, hetwelk aan verschillende gistingsprocessen blootgesteld is, behoudt het vermelde optisch vermogen. Daardoor is men tot het besluit gerechtigd, dat bij eene juiste behandeling voortaan eene vergiftiging door poeder van nux vomica niet meer bedekt kan blijven. Er moet echter opgemerkt worden, dat ook tyrosine, die zich bij reeds ter aarde bestelde lijken' gevormd kan hebben, dezelfde polarisatieverschijnsels vertoont. De morphologische verhouding echter zou in dit geval een voldoend kenmerk tot onderscheiding opleveren. Nadat de aanwezigheid van nux vomica in voldoende hoeveelheid aangetoond

was, werden de contenta der maag, deze zelf enz. zonder voorafgegane behandeling met zuren, dewijl alles sterk zuur reageerde, volgens de methode van Dragendorff behandeld, dat is, afwisselend inde ammoniakale en de zure oplossing met benzol uitgeschud. Eindelijk werd uit de azijnzure oplossing strychniniumchromaat afgescheiden en ten laatste als een minimum 0,02038 gram strychnine verkregen. Bij een mengsel van milt, lever en bloed gelukte het niet strychnine aan te wijzen met die zekerheid, welke een gerechtelijk onderzoek verlangt. De reactie met ceriumoxydeoxydule en zwavelzuur bleek ten duidelijkste. Het poeder, dat tot vergiftiging gediend had, bleek bijzonder rijk aan strychnine te zijn, dewijl het nevens brucine 1,73 pet. daarvan bevatte. Inde Alg era. med. Zeitmg N°. 16 wordt een vergiftigingsgeval met doodelijken afloop medegedeeld na het gebruik van 3 poeders, elk van 750 milligram acidum salicylicum, om het uur gegeven. Bij nader onderzoek bleek, dat het afgeleverde salicylzuur een oud praeparaat was, reeds chemisch ontleed, hetwelk ook door kleur en reuk verraden werd. Rag er merkt hierbij op, dat het salicylzuur, hetwelk het eerst inden handel kwam, een onzuiver, gewoonlijk phenolhoudend praeparaat was. Men doet dus wel, zoo men dit nog bezit, het niet af te leveren, alvorens men het door omkristalliseeren uit water gezuiverd heeft. Nog wijst Eager op het nadeel van het inademen van het stof van salicylzuur, wanneer men het van het eene vat in het andere overpakt. Daardoor zijn reeds gevallen voorgekomen, waarbij door de prikkelende werking der kristalletjes op het slijmvlies der luchtwegen hevig niezen en dagen lang hoesten de gevolgen waren. : ■ ~ ' larseillaansdie zeep- Het Pharmac. Handelshl, bevat eenige bijzonderheden over dit onderwerp, ontleend aan de Pariser Weltausstellmgs-Zeitung, om de groote beteekenis van dezen tak van fabriekwezen te doen kennen. De hoeveelheid zeep te Marseille vervaardigd, bedroeg in 1875 het cijfer van 86 millioen kilogram, in 85 verschillende fabrieken met ongeveer 4500 arbeiders geproduceerd. Marseille levert niet alleen eene groote hoeveelheid maar ook voortreffelijke zeepen. Bij voorkeur worden goedkoope vruchtoliën gebezigd. De uitbreiding der fabrikatie dagteekent van de sodabereiding volgens Leblanc en van den arbeid van Chevreul over de samenstelling der vetten. HANDELSBEMOHTEN. VI. Sulphas C/dnini. De positie van dit artikel blijft zich door groote vastheid kenmerken, de noteringen der fabrikanten handhaven zich op het hoogste standpunt der jongste rijzing, en voor September-levering is nagenoeg niets meer beschikbaar. Op 5 September a.s. worden weder 300 kilo door de Eegeering aanbesteed, hetgeen met de beide laatste partijen een totaal van 700 kilo in twee maanden geeft, terwijl de op Dinsdag 1.1. te Londen gehouden kinaveiling op nieuw hooger afliep; de fabrikanten zullen waarschijnlijk niet nalaten om met het oog op deze omstandigheden eene verdere rijzing int leven te roepen. De berichten uit Bergen melden insgelijks vaste stemming der ïraanmarkt. ( Rotterdam, A. M. &. C. Pluygers. 30 Augustus 1878. Persoonlijke aangelegenheden. In Juli overleden de heer G. van Mol, apotheker te Valkenburg (Limburg). Openlijke correspondentie. In het volgend nommer het Verslag van het leerling-apothekers-examen uit de Staats-courant van 39 Augustus.