ten ontwaart, dat er van deze stukken verminkt, verduisterd of verkeerd geliasseerd zijn, wat staat hem dan te doen? Wie is inde genoemde gevallen voor den strafrechter schuldig, de betrokken apotheker of de persoon, welke de recepten schond ? of wellicht beiden ? Inde hoop dat ik niet te veel van uwe bekende welwillendheid gevorderd zal hebben, noem ik mij hoogachtend Uw dienst w. dienaar, G. J. E. van Olst. De vraag van onzen geachten Collega is eene bijdrage temeer tot de stelling, dat de apotheker de oorspronkelijke recepten in geen geval uit zijne handen mag geven. Op hem alleen zou alle verantwoordelijkheid en schade neerkomen. Red.' PEPSINE VAN DR. WITTE. Naar aanleiding eener annonce der heeren Looijen en van Bijlert te Nijmegen (zie Ph. W. N°. 38) waarbij zij verklaren eenige depothouders te zijn voor Nederland en zijne koloniën, en als zoude dit artikel uitsluitend bij hen verkrijgbaar zijn, neem ik de vrijheid mijn collega’s mede te deelen, dat dezelfde pepsine van Dr. Witte mij door de firma Mastenbroek & Gallenkamp alhier werd aangeboden per hectogram ƒ 4,50 per dekagrara // 0,50 op 3/m. De heeren L. en v. B. noteeren per hectogram ƒ 22,50 per dekagram // 2,50. Of wij nu de waarborgen van echtheid, ons door de firma L. & v. B. gegeven, zoo verheven moeten achten boven die van M. & G., dat wij die garantie 500% duurder betalen, wensch ik niet te beslissen. H. Hempenius. Amst. 24 Jan, ’79. Op de vraag van den heer S. te L. (België) omtrent het recept van Sirop dn doetenr Vanier verwijzen wij naar No. 45 van den vorigen Jaargang, alwaar vermeld wordt, dat deze stroop volgens het oorspronkelijk recept bestaat uit iodetum kalicum, oleum jecoris, extractum nucis juglandi, syrupus chinae fuscae, mei depuratum, syrupus simplex en eenige droppels oleum anisi. Meestal wordt echter de levertraan weggelaten, om een beteren smaak aan de stroop te geven. De heeren J. H. van der Meulen en Zoon, apothekers te Franeker, verzoeken ons de volgende recepten te taxeeren: N°. 1. : sulphatis chinini 4,0, quineti 6,0. Solve in acidi sulphurici sufficiënte quantitate; adde nitratis argentici crystallisati 0,300, pyrophosphatis natrici 4,0, pulveris succi liquiritiae 4,0. Misce fiant pilulae No. 200. S. 5 maal daags 3 pillen. Gereedgemaakt 4 Juni en geïtereerd 28 Juni en 12 Juli. N°. 2. pf: quineti 6,0. Solve in acidi sulphurici diluti quant, suffic.; adde codeini 0,750, hypophosphitis natrici 4,0, acidi tannici 6,0, succi liquiritiae, pulveris radicis althaeae aa 4,0. Misce fiant pilulae No. 200. S, 5 maal daags 3 pillen. Gereedgemaakt 29 Juli, geïtereerd 2 en 30) Sept., in ) quant. 24 Aug.

N°. 3. pf: hypophosphitis natrici 4,0, lactatis ferrosi 6,0, sulphatis chinidini 4,0, succi liqniriiiae, florum liquiritiae aa 3,0. Misce fiant pilulae No 160, S. 4 maal daags 3 pillen. Gereedgemaakt 15 Nov , geïtereerd 9 Sept. en 30 Dec- N°. 1.4 gram sulph, chiain, (Juni) ... ƒ 2,40 6 „ quinetum v 1,60 300 milligr. nitr. argent 0,12 4 gram pyrophosph. natric. . . . n 0,06 4 // pulv. succ liquirit. . . . n 0,06 Gereedmaken 200 pillen (2de categ.) » 0,40 ƒ 4,64 Te berekenen ƒ 4,65. 28 Juni en 12 Juli was de prijs van Sulph. Chin. iets minder, de gram alsdan h. 55 ets. te berekenen, dus in beide gevallen de prijs te berekenen h f 4,25. N°. 2. 6 gram quinetum. . . . . , . ƒ 1,60 750 milligr. codeinum n 0,70 4 gram hypophosph. natric. . . . #0,16 6 // acid. lannic 0,20 4 u pulv. succ. liquir // 0,06 4 » rad. alth 0,04 Gereedmaken 200 pillen (2de categ.) ƒ 0,40 TTTe Te berekenen ƒ 3,15. i quant, ƒ 1,80. N». 3.4 gram hypophosph. natric. ... ƒ 0,16 6 „ lact. ferros * 0,12 4 // sulph. chinidini /, 1,60 3 // pulv. succ. liquir t/ 0,04 3 " rad. liquir 0,03 Gereedmaken 160 pillen (2de cat.) . n 0,30 Als verklaring voor de gelijktijdige mededeeling van het onderzoek op Sulphas Chinini door Jobst en Hesse bericht ons de heer Briegleb, dat dr. O. Hesse de chef is van het scheikundig laboratorium van den heer Eriedr. Jobst. AMMONIACUM (ASA FOETIDA, GALBANUM) VIA HUMIDA DBPUEATA. Bieterich deelt mede, dat hij ingevolge aanwijzing van Jwngclaussen, ammoniacum en galbanum voor de bereiding van Emplastrum gummosum, in plaats van ze inde koude tot poeder te brengen, onmiddellijk door middel van terpentijn oplost, dan met spiritus verdunt en eindelijk door eene zeer fijnmazige geelkoperen zeef zijgt, waardoor de massa met eene houten spatel gedreven kan worden. (Jungclaussen had een doek tot doorzijgen aangeraden, maar dit ging te moeilijk). Op de zeef was eene groote hoeveelheid grof zand, steentjes, zaden, houtdeeltjes achtergebleven, maar ook door de zeef was eene aanzienlijke hoeveelheid aardachtige deelen en zand mede gegaan Deze werden door decantheeren en later afslibben met spiritus verwijderd. De verzamelde massa, die. elk der ingrediënten inde voor Emplastrum gummosum vereischte verhouding bevatte, werd verdampt en, na het verkrijgen eener behoorlijke consistentie, in darmen van perkamentpapier voor gebruik bewaard. Emplastrum gummosum daarmede bereid bleek veel gelijkmatiger te zijn dan wanneer de door pulveriseering gezuiverde ammoniacum en galbanum ' gebruikt worden, waarbij de pleister dikwijls nog veel spikkels van zanderige deeltjes vertoont. Om ammoniacum, asa foetida en galbanum afzonderlijk en zonder terpentijn inden gezuiverden staat te verkrijgen, behandelt D. ze enkel met spiritus. Hij vermeldt gewoonlijk daarvoor 10 kilogram in bewerking

te nemen, brengt deze tegen den avond ineen vaststaanden, zich in het waterbad bevindenden, ijzeren geëmailleerden ketel, doorkneedt ze met 2,5 liter 90 percentigen spiritus en laat gedurende den nacht koud staan. Den volgenden dag wordt het waterbad tot hoogstens 40° C. gebracht en de massa met eene houten spatel gedurende ongeveer 3 uren doorgewerkt of zoolang er nog ongewreven deeltjes in waargenomen kunnen worden. Dan wordt de massa op nieuw met 2,5 liter spiritus verdund en in kleine gedeelten door bovengenoemde metalen zeef gedreven, waarbij hetgeen er op de zeef achterblijft met eene nieuwe hoeveelheid daaruit verwijderd en voor verdere behandeling op zijde gezet wordt. Deze verdere behandeling bestaat daarin, dat al hetgeen achtergebleven is, weder inden ketel gebracht en gedurende een half uur met 2,5 liter spiritus met behulp van de houten spatel gewreven wordt, om nogmaals op de zeef bewerkt te worden. Het thans achterblijvende is na nauwkeurig werken, slechts weinig klevend en geheel zonder waarde. Dein spiritus opgeloste en door de zeef gedreven deelen worden door decantheeren gezuiverd, waarna bij 50° C. onder omroeren zoolang verdampt wordt, als men nog spiritusreuk bemerkt. De gebezigde toestellen worden met borstel en koolzuren natron (soda) schoon gemaakt. Bedenkt men, dat eene zeef zoo fijn van mazen als bij zuivering langs den natten weg gebruikt wordt, niet bij het pulveriseeren kan gebezigd worden en eene grovere nog meer vreemde bestanddeelen doorlaat, zonder dat deze zooals bij de opgegeven methode door decantheeren kunnen verwijderd worden, verder dat eene aanzienlijke hoeveelheid grof zand gelijktijdig mede gestampt en doorgezift wordt, dan verdient zeker de via humida de voorkeur. Even als bij het pulveriseeren moeten echter ook hierbij groote hoeveelheden tegelijk behandeld worden, wil men met voordeel werken. Het praeparaat wordt door D. in hoeveelheden van 100 gram in darmen van perkamentpapier bewaard en verzonden. Bij het in bewerking nemen van de beste handelssoort werd van 10 kilogram asa foetida in lacrymis met 10 liter 90 percentigen spiritus, 0,690 kilogram verlies geleden; bij 10 kilogr. ammoniacum in lacrymis, 0,510 kilogr., bij 10 kilogr, galbanum in granis 0,640 kilogr. W. Kirchman deelt inde Pharm. Zeiiung eenige bijzonderheden mede omtrent Oletim animale foetilllllß (Oleum animale empyreumaticum), die aandacht verdienen, dewijl deze zelfstandigheid de grondslag is vaneen praeparaat, hetwelk wel nog weinig in gebruik maar toch nog in vele Pharm. (onder anderen ook inde Ed. II) opgenomen is, namelijk: Oleum animale empyreumaticum depuratnm. Echt Oleum animale moet duidelijke alcalische eigenschappen bezitten en, behalve ammoniak en de pyridinebasen, moeten daarin ook methyl-, aethyl-, propyl-, butyl- en amylamine aangetroffen worden. Bij een nader onderzoek naar deze basen in Oleum animale met het doel om ze door bereiding van hare aluinen te isoleeren, bleek aan K., toen hij met zwavelzuur wilde verzadigen, dat het oleum animale uit den handel volstrekt niet alcalisch en van bijna al zijne basen beroofd was. In vroeger dagen werd bij de bereiding van Ebur ustum het destillaat eenvoudig verdicht en men verkreeg behalve Spiritus Cornu Cervi het zeer alcalische Oleum Cornu Cervi foetidum. Thans echter wordt dit praeparaat alleen in fabrieken bereid, alwaar voornamelijk zure phosphaten van beendermeel vervaardigd -worden. Het destillaat wordt aldaar met zwavelzuur verzadigd, om de verkregen stikstof houdende sulphaten tot vermeerdering der stikstofpercenten bij de kunstmatige mestmiddelen te gebruiken. Zoowel het Oleum animale empyreumaticum crudum als het depuratum zijn daardoor ongetwijfeld geheel