voornamelijk van zink en cadmium onderscheiden wordt. et is zuiver wit en van eene eigenaardige slijmerige hoekigheid , waarom het aan de wanden van bet vat aanhangt. laat zich echter gemakkelijk uitwasschen. Door wijn- wordt de praecipitatie volkomen verhinderd. Het oxyd is inde warmte, onmiddelhjk nadat de gloei•tte voorbij is , bruin en wordt bij de afkoeling eerst oranje-Seel, wordt steeds lichter van kleur en eindelijk bleek stroogeel.

Zwavelwaterstof praecipiteert het iridium uit zijne oplossingen inde sterkste zuren eigenlijk niet, hoewel toch uit zeer zure en verdunde oplossingen een weinig zwavel- gepraecipiteerd wordt, zooals dit bij zink het geval *8- Maar zwavelwaterstof praecipiteert uit de azijnzure oplossing zwavelindium met eene sehoone gele kleur, welke *Qet zwavelcadmium overeenkomt, hoewel meer oranjeachtig. eze praecipitatie dient tot afzondering van ijzer en man-Saan. Het gepraecipiteerde zwavelmetaal is slijmerig, laat Zleh moeijelijk uitwasschen en wordt bij droogen bruin en bij wrijven donker oranjegeel. Inde toegesmolten glazenbuis , smelt het niet, is inde warmte zwart, na de bedoeling en fijn wrijven roodbruin. Voegt men bij eene met 'v!)östeenzuur vermengde en dan ammoniafcaal gemaakte op°ssing, of ook bij het met ammoniak gepraecipiteerde oxydydraat zwavelammonium, zoo bekomt men een wit praeci-Pdaat, dat vermoedelijk een sulphhydraat is en door droo-S'ng of behandeling met azijnzuur in het gele zwavelindium Veranderd wordt. Dit laatste wordt door zoutzuur en zwavelzuur onder ontwikkeling van zwavelwaterstof opgelost. Het chlorid wordt verkregen door over verhit oxyd droog cllloriumgas te voeren. Het wordt spoediger gevormd, als daarbij het oxyd met kool vermengt. Het chlorid is zeer vlugtig en wordt in het koeler ge®elte der buis gecondenseerd tot volkomen witte kristal- * iaadjes, die zich gemakkelijk laten om sublimeren en daar°°r eenigzins grooter kunnen verkregen worden. Het is Ctl' hygroscopisoh en gelijkt veel op het chloraluminium.

67