proef scherp te maken, de gassen voor en na hunne vermenging door lange koude buizen, die met zwavelzuur gedrenkte puimsteen bevatten, strijken. De aanwezigheid van ammoniak in het praecipitaat op de koude buis toont men na bevochtiging met potaschloog door den reuk, alsmede de vorming van salammoniak-nevels door middel van zoutzuur aan. (Comités rendus, T. 60, p. 3.17, Fevr. 1865.)

Bereiding van lactas magnesicus. Men bereidt dit zout doelmatigst uit laetas calcicus. Hiertoe wordt deze eerst uit kalkzout op de volgende wijze bereid: GOO deelen verscbe wei, 50 deelen afgeroomde melk en 25 deelen oude zoetemelkscbe kaas worden met 100 deelen laauwwarm water gewreven tot eene emulsieachtige vloeistof en vermengd met eene warme oplossing van 50 deelen witte suiker in 200 deelen water. Dit mengsel wordt ineen steenen pan op eene plaats gezet, alwaar voortdurende eene temperatuur van -f- 25 tot 35° C. wordt onderhouden. Na verloop van 2 dagen wordt het gevormde melkzuur met fijn geslibt krijt verzadigd. Deze verzadiging met krijt wordt iederen dag herhaald. ledere 4e dag wordt er 50 deelen suiker in 100 deelen water opgelost bij gedaan, tot dat er in ’t geheel 200 deelen suiker verbruikt zijn. Nadat de laatste verzadiging van het gevormde zuur geschied is (omtrent 4 dagen na de toevoeging der laatste hoeveelheid suiker), laat men het mengsel nog gedurende 2a 3 dagen stil staan, tot dat het sterk zuur geworden is, kookt het dan op en giet heet door. De colatuur wordt dan zoo ver verdampt tot er een vierde van het volume is overgebleven, en men laat deze alsdan gedurende 8 dagen stil staan. De afgezonderde lactas calcicus wordt dan verzameld en inde dubbele hoeveelheid kokend water opgelost en ter bekoeling weggezet. Mogt de colatuur echter in eene breiachtige massa veranderd zijn, zoo bevat zij veel mannitsuiker. Men droogt de massa in dat

267