schijnend deeg , van eene kleur als barnsteen, weinig aangename, doch ook niet walgelijke noch vuile reuk en van een zuurachtigen smaak. Zij lost langzaam op in gedestilleerd water, doch de oplossing is troebel en geeft bij filtreren een rest van 1.14 pCt., dat bij verhitting naar verbrande boom ruikt.

De gefiltreerde oplossing van de officinele pepsine gaf de volgende reaetiën. Bij het opkoken is zij minder doorzigtig en laat bij bekoeling eenige ligte vlokken vallen; door alcohol Wordt zij wit en overvloedig gepraecipiteerd; looizuur veroorzaakt een wit, violet wordend praecipitaat; salpeterzuur kleurt ze bij verhitting geel zonder ze troebel te maken, geel bloedloogzout blijftin ’t begin zonder werking, doch de vloeistof wordt weldra groen en er ontstaat berlijnsblaauw; ammonia vormt een grijs praecipitaat; loodsuiker een digt Wit praecipitaat; nitras baryticus een wit, gedeeltelijk in salpeterzuur oplosbare neerslag, eveneens nitras argenticua; chloretum hydrargyricum blijft zonder werking; chloretum aurieum geeft een slechts langzamerhand ontstaand geel, blijvend en chloretum platinicum een geel tegelrood wordend Praecipitaat. Deze reactien toonen inde pepsine de aanwezigheid aan van S 03, HOI, P05 en Ca O. Het door alcohol veroorzaakte praecipitaat bestaat gedeeltelijk uit kalkzouten, gedeeltelijk uit pepsine. Deze bezit in deze gedaante het aanzien van albumin, het onderscheidt zich echter daarvan door Setnis der reactie met salpeterzuur en chloretum hydrargyricum. De niet reductie van liet goudchlorid door eene stikstof houdende dierlijke zelfstandigheid is eveneens opmerkelijk. Er waren tot veronzijdiging van 100 deelen der pepsine 11.2 deelen watervrije earbonas natricus noodig, waarbij pCt. phosphas calcicus praecipiteerden. Het door acetas plumbicus in 100 deelen pepsine veroorzaakte en afgewasschen praecipitaat bevatte. Zwavelzuur 3,83 deelen. Phosphorzuur 7.40 „

341