Al ben ik dit met u eens, wijl door den spiritus de olie- en harsachtige zelfstandigheden, die zeker wel de meeste geneeskrachtige eigenschappen zullen bezitten, het best worden opgelost, meen ik toch op een paar bezwaren te moeten wijzen, die aan het gebruik daarvan verbonden zijn.

Om voldoende koortswerend te werken, wordt het (ten minste alhier door den heer Dr. Brook) in hoeveelheden van 60 a 90 gram in eene mixtuur van hoogstens 350 gram voorgeschreven (om het uur een lepel). De mixtuur krijgt daardoor 1° een zeer scherpen en onaangenamen smaak, die het innemen, vooral bij kinderen, lastig maakt, en 3° een zeer groot alcoholgehalte, dat binnen betrekkelijk korten tijd moet worden ingenomen en nadeelig kan werken op de gesteldheid van den patiënt. Om den smaak dragelijker te maken, wanneer eene groote dosis tiuctura Eucalypti moet worden gebruikt, eigent zich eene vermenging met iets meer dan gelijke deelen eener stroop (volgens opgave van genoemden geneeskundige) het best. Ik heb op verzoek en ter vermijding van bedoelde bezwaren getracht, de bladen inden poedervorm te brengen, ’tgeen na zachte droging vrij goed ging, om ze op die wijze te doen gebruiken. De resultaten van deze toediening van het medicament moeten natuurlijk nog afgewacht worden. Mij voor betere of nadere inlichtingen omtrent dit nieuw geneesmiddel aanbevelend, enz. M. G. Bontjema, Joure, 19 November ’73. Apotheker. Persoonlijke aangelegenheden. Den Sisten November overleed te Leiden de heer A. K. W. E. C. Fischer, apotheker aldaar, vroeger lid der Plaatselijke Commissie van Geneeskundig toevoorzicht, een waardig en ijverig pharmaceut, die zijn stand tot eere verstrekte. Te Deventer is tot adsistent van den benoemden apotheker-directeur der op te richten gemeente-apotheek, den heer Smits, docent inde vakken van het pharmaceutisch onderwijs, benoemd de heer J. H. Eoelse, hulpapotheker. Openlijke Correspondentie. We ontvingen van enkele zijden klachten over het niet spoedig verschijnen van de derde Aflevering der Handleiding bij het gébruik van de Tweede Uitgave der Pharmacopoea Neerlandica door dr. D. J, Coster en R. J. Opwijrda. We zouden op deze klachten de algemeene termen kunnen laten volgen, dat de aard van zulk een werk eene groote nauwkeurigheid bij de bewerking vereischt, dat we ons eerst geheel op de hoogte der nieuwe Pharm, moesten stellen enz., maar er is meer. Na het verschijnen der eerste twee Afleveringen (niet enkel nadruk der Pharm., maar, zooals elk zich overtuigen kan, een zorgvuldig nagegane en hier en daar gezuiverde tekst, blijkens de talrijke Corrigenda en Veranderingen aan het einde van elke Aflevering) kwam de Pharmacopoea Germanica in het licht en werd een nieuwe Commentar van Hager aangekondigd. Zonder nu Hager of iemand slaafs te willen volgen, wat ook bij een werk als het onze, uitsluitend gericht op de Pharm. Neerl., onmogelijk is, achtten wij het toch van de grootste beteekenis

het nieuwste werk op dit gebied vaneen man als Hager te kunnen raadplegen, en we besloten onze taak daarnaar een weinig te regelen en te vertragen. We werden daarin versterkt, toen spoedig en achtereenvolgens 3 Afl. van den nieuwen Commentar verschenen. De alphabetische volgorde echter van de Pharm, Germ. en dus ook van Hager’s nieuwen Commentar verschilt van die der Pharm. Neerl. en we zagen ons dus voor een deel teleurgesteld. We hadden hoop dit spoedig te zien aange, vnld, doordien Hager’s Commentar, als omwerking eener vroegere uitgave, vlugger kan bewerkt worden en latere Afleveringen spoedig zouden volgen. Dit blijkt echter nu ook zoo vlug niet meer te gaan, zoodat we gemeend hebben niet langer te mogen wachten, maar reeds met ijver aan het werk zijn getogen, zoodat we vertrouwen met het begin van 1873 de 3de Afl. te kunnen doen verschijnen, waarna de volgende zich ook wel niet al te lang zullen laten wachten. Aan degenen, die ons als hun gevoelen mededeelden, dat het werk door deze vertraging, eenige maanden na de invoering der Ed. 11, //te laat” komt, merken we op, dat het geene Handleiding is bij de invoering, maar bij het gebruik der Pharm., zoodat wij hopen, dat het voor onze tegenwoordige en toekomstige pharmaceuten en voorde studeerenden in phannacie en geneeskunde waarde zal behouden, zoolang deze Pharm. vigeeren zal. Coster en Ofwurda. N. te A. De naam van A B C stelsel voor het onschadelijk maken van faecale stoffen is afkomstig van de ingrediënten, die daarvoor gebezigd worden : Aluin, Bloed en Kool (Carbo). A«l verten tien. Heden overleed mijn innig geliefde echtge- IfW noot, de Heer A. K. W. E. C. FISCHER, inleven Apotheker alhier. Leiden, E, GOEDEL. 31 November 1872. Wed. A. K. W. E, C. FISCHER. Een geëxamineerd apotheker genegen om dadelijk of zeer spoedig als PROVISOR ineen soliede apotheek te fungeren, wordt gevraagd tegen genot van kost en inwoning en een salaris : van Zes" honderd gulden of meer. Desverkiezende zou er ook gelegenheid bestaan om de zaak over te nemen. Brieven franco, onder Letter X., bij den Boekhandelaar S. C. VAN DOESBURGH, te Leiden. Ineen Apotheek te Amsterdam wordt geiSÏ31 vraagd tegen 1° Februari of eerder, een BEDIENDE INTERNE, P. G., het recepteeren kundig, tegen goed salaris. Brieven franco, Letter Z., bij den Boekhandelaar D. B. CENTEN, te Amsterdam. Een hulp-apotheker P. G. zag zich gaarne p° Februari te Amsterdam of in eene der academie-steden GEPLAATST ineen Apotheek, waar tijd en gelegenheid is zich verder te bekwamen. Hierop reflecteerende adressere men zich franco, onder Letter S., bij den Boekhandelaar D. B. CENTEN, te Amsterdam. ln eene van Limburg’s steden wordt ter overname aangeboden, op zeer voordeelige en gemakkelijke conditiën, eene sedert vele jaren bestaande en goed beklante APOTHEEK met completen inventaris. ' Adres, in persoon of met franco brieven onder Letters O. V., bij de dames A. M, KRAAK, op het Amstelveld 25 81, te Amsterdam,