Bij langer voortgezet koken stijgt de temperatuur tot 123 , hoe meer water er verdampt; laat men eene oplossing die bij 130° kookt, onder afsluiting der lucht bekoelen , zoo blijft het zout inden veranderden toestand , bij toetreding der lucht of toevoeging van eenige droppels water zet het zich weder uit en doet het glas barsten, een verschijnsel dat ook bij de aluin zeer in het oog loopend is. Het boven 59° verhitte en onder afsluiting der lucht afgekoelde zout is inde lucht zeer vloeibaar, terwijl de gewone gekristalliseerde acetas natricus daarbij verweert. Dompelt men een glazen schaal in acetas natricus, welke zonder toevoeging van water is gesmolten geworden, zoo vervloeit na het uitnemen der schaal het daaraan hangen blijvend en vast geworden zout zeer spoedig, schudt men dit zelfde zout ineen porceleinen vat, zoo wordt het oogenblikkelijk vast tot eene kristalvormige massa, zonder in ’t minst vervloeibaar te zijn. Gekristalliseerde acetas plumbicus smelt bij 56,26° en kan tot op 30° afdalende gesmolten gehouden worden, wanneer het dan van zelfs, zonder er aan te stooten, onder verhooging der temperatuur op 56,25° kristalliseert. Hetzelfde heeft plaats bij gekristalliseerde phosphas natricus, welke bij 41° smelt en tot op 31° bij afsluiting der lucht gesmolten kan gehouden worden. (Journal für pr. Chemie, 1866, No. 12.) Analytische onderzoekingen van cholera-vloeistoffen; door F. Papillon. De onderzoekingen van den schrijver bepaalden zich voornamelijk bij de wijzigingen die het bloedalbumin der cholerazieken ondergaat. Dit albumin bezit niets van de eigenschappen van gewoon albumin, maar had eene moleculaire omzetting ondergaan, en vooral is bare eigenschap om vloeibaar te blijven veranderd, en is ook minder onderhevig om van zelfs ontleed te worden. Het bloedalbumin bij cholera.

299