LAWN TENNIS

De I.L.T.C. van Nederland tegen Rijnland Goed spel van de Nederlandsche top-spelers tegen Rijnlandsche top-spelers, die hun vorm niet kunnen vinden. Alle vier enkelspelen der beide ~eersten” gewonnen, plus het dubbelspel. Een nog niet gekende luxe ! Bij het tweede I. C.-tweetal het omgekeerde. De I.C. (zooals de Internationale Lawn Tennis Club van Nederland populair heet) heeft in 1935 een stil jaar gehad. Het wedstrijdprogramma van 1934 had dusdanige offers aan de kas gevraagd, had zoo weinig baten opgeleverd, een wedstrijd met Austinten spijt, dat in 1935 de organisatie van wedstrijden eenigszins in het gedrang kwam. Het nieuwe jaar is echter ingezet met activiteit. Midden Januari heeft de I.C. een wedstrijd te Hamburg gespeeld en nauwelijks drie weken daarna stond wederom een ploeg in het veld tegen een Duitsche ploeg, ditmaal tegen Rijnland, de Duitsche „Gau” welke de eerste ontmoeting tegen de I.C. gespeeld heeft. En ditmaal was de Brabantsche hoofdstad het tooneel van den strijd, de nieuwe tennishal in Den Bosch.

wy De vulling van 1 deze bonbon be* \ staal uiteen zachte Hl chocolade-crème

De verwachting dat er in een provinciaal tenniscentrum, waar wel zoovele spelers zijn dat de hal uur na uur verhuurd is, veel belangstelling voor een internationalen wedstrijd (en nog wel een eersten !) zou bestaan, is evenmin bewaarheid als destijds te Apeldoorn. Het is wel een merkwaardig verschijnsel dat in plaatsen met enkele honderden spelers, geen kwart gedeelte van die actieve spelers acte de présence geeft, wanneer er iets bijzonders te zien valt op spelgebied. Dat heeft zich indertijd ook voorgedaan bij een Nederland—Belgiëwedstrijd te Breda, alle pogingen om de belangstelling op te wekken, door de plaatselijke organisators, ten spijt. En op deze

wijze werken de lauwen en onverschilligen er zelf toe mee dat zij inde plaats hunner inwoning geen interessante wedstrijden meer te zien krijgen. In Den Bosch waren twee factoren welke bijgedragen hebben tot het niet bepaald bevredigende bezoek. Inde eerste plaatswas het ideaal winterweer. Men zou kunnen zeggen ; het was voorjaarsweer en bij dit weer kon men bovendien hier en daar nog schaatsenrijden ! Voorts was de heer Vander Heyde, de ijverige promotor van het spel inde Brabantsche hoofdstad, te voren afwezig geweest, zoodat destimuleerende invloed, welke van hem uitgaat, achterwege bleef. Wel hadden de Bossche bladen, door middel van de Centrale Propaganda-Commissie, een paar opwekkende voorbeschouwingen, doch blijkbaar waren de andere factoren sterker. Alzoo waren Zaterdagavond en waren ook des Zondags niet veel meer dan ca 100 toeschouwers aanwezig. De Rijnlandsche ploeg had op het laatste nippertje nog versterking gekregen. In plaats van Pohlhausen, die met den jongen Peltzer zijn eerste reis

naar Holland zou maken, kwam Kuhlmann mee ! Kuhlmann heeft eenigen tijd buiten Rijnland gewoond (Berlijn), doch is er sinds Januari teruggekeerd. Van hem en van Nourney ging voor het oogenblik een roep van groote sterkte vooraf. Immers, midden Januari hadden Von Cramm en Henkel te Keulen gespeeld en hierbij had Nourney Von Cramm geslagen, had Kuhlmann slechts verloren na 7—9 inde derde set ! Die beide uitslagen wezen wel op een niet te grooten vorm van Von Cramm, doch ook in deze omstandigheden mochten de prestaties van de beide Rijnlanders er zijn. Van dien grooten vorm is echter in Den Bosch niet veel te zien geweest. Noch op den eersten dag, noch op den tweeden, hebben de „eerste twee” van de Rijnlandsche ploeg hun sterksten vorm kunnen vinden. Op den Zaterdagavond was hun spel niet veel meer dan een débacle : Nourney verloor met 3—6, I—61—6 van Van Swol en Kuhlmann behaalde eveneens slechts vier games tegen Knottenbelt 4—6, o—6. Het verhaal over deze partijen kan kort zijn. Nourney stond op de snelle baan volkomen machteloos tegen de waarlijk enorme services van Van Swol. Hij scheen er soms door geparalyseerd. In de eerste game raakte hij twee service-ballen half, twee raakte hij in het geheel niet aan. Het scheen of dat opeens zijn stempel op zijn geheele spel drukte. Hij vond geen voldoende forehand, hij kon zijn backhand geen voldoende richting geven, hij wist niet te passeeren. En daardoor speelde Van Swol zoo vrij als hij maar wenschen kon. Gevaar dreigde hem zelden. Hij ontplooide zijn spel ten volle, liet zich niet uit vaart of tempo brengen. De cijfers mochten „hol” zijn, althans niet de ware krachtsverhouding weergeven, over zijn „eigen” spel kan Van Swol zeer tevreden zijn. Inde partij van Knottenbelt tegen Kuhlmann ging het aanvankelijk juist zoo : Knottenbelt behoorlijk ingespeeld, Kuhlmann zoekend naar vastheid, naar lengte. Hij kwam I—41—4 achter, scheen toen zijn spel gevonden te hebben, gaf een paar games achtereen die gemakkelijke, goed geplaatste crossforehand en maakte gelijk: 4—4. Doch toen hij daarna twee deuce games verloor, waarin hij beide malen advantage kreeg, toen gleed zijn spel sterk af. Hij verloor de eerste games van de tweede set op love, drie achtereen, verloor toen zijn service na heel lange deuces en maakte geen game meer .... Dat waren twee verrassingen. Er was een derde in petto, maar die viel ten gunste van de Duitschers uit. Want Peltzer mocht een eenvoudig spel spelen, met open aanval, deze was sterk genoeg om een geheel van slag zijnden Teschmacher in twee sets te slaan : 6—3,6—o. Hoe snel het ging blijkt wel hieruit, dat Teschmacher tot o—s van de tweede set, in vijf games dus, vier punten maakte. Hij kreeg evenmin touch op den bal als Nourney dat had kunnen krijgen.

28

I.L.T.C. RIJNLAND. Kuhlmann (links voorin) en Nourney (de smash gevend) tegen Van Swol (links achterin) en Knottenbelt. De Nederlandsche combinatie won met 7—5, 6—4.